RECONSTRUCTIE BIBLIOTHEEK JEZUÏETENSTATIE HAASTRECHT (1637-1708)

187 titels

Zie onder bronnen

Criteria:

  • Kenmerk S.J.H. of varianten daarvan
  • Gedrukt vóór 1705 (verdrijving laatste jezuïet uit Haastrecht)
  • Haastrechtse provenance van vóór 1705
  • Bruikleenbriefje bibliotheek parochie Haastrecht
  • Jezuïet(en) als auteur
  • Zonder signatuur
  • Zonder herkenbare signatuur van andere instelling, bv. andere passionistenkloosters

A. = aangetroffen in bibliotheek passionisten Haastrecht

B = aangetroffen in Groot-Seminarie Warmond; Catharijneconvent Utrecht

C =  aangetroffen in archief Barnabasparochie Haastrecht

        Categorieën

  1. Theologie, Bijbelcommentaren (39) – Interpretes scripture
  2. Kerkvaders (3) – Patres
  3. Preekvoorbeelden (homiletiek) (38) – Homilistæ
  4. Pastorale praktijk (20)
  5. Catechismus, schoolboeken (7) – Catechien  
  6. Heiligenlevens/martelarenboeken (14)
  7. Jodendom (4)
  8. Kerkgeschiedenis (10)
  9. Devotie (10) – Pii
  10. Kloppenboeken
    (2)
  11. Kerkrecht,
    orderegels (4) – Juristæ
  12. Controverse-literatuur
    (polemica) (21) – Controversia
  13. Libraria
    (Klassieke auteurs, woordenboeken, bibliografieen) (7) – Libraria
  14. Wereldse
    boeken (recht, filosofie, wiskunde, dichtbundels, emblemata, vuurwerk? (8) – Varii / Sine clasibus
  15. Heilige
    boeken (bijbels, missalen) (0) – Sacra

Reguliere auteurs:

Jezuïet: (63), Franciscaan: (22), Dominicaan: (14), Oratoriaan: (7), Carmeliet: (2), Premonstatenzer (1), Benedictijn: (1), Regulieren: (1), Cistercienser: (1), Kapucijner:  (1)

Totaal:

113 titels geschreven door regulieren 60,4%

Van die reguliere geschriften is:    55,7% geschreven door jezuïeten

                                                              19,5% geschreven door franciscanen

                                                              12,3% geschreven door dominicanen

Enkele protestantse auterus (François Junius de oudere, Abraham Mellenius, Daniel Hochede de la Vigne, Hugo de Groot, Jacobus Revius)

Plaats van uitgave

Zwitserland: (7), Basel (7)

Duitsland (48): Asschaffenburg (1), Mainz (1), Keulen (44), Speyer (1), Frankfurt (1)

Italië (3): Brescia (1), Rome (1), Venetië (1)

Zuidelijke Nederlanden (84)

Antwerpen 59

Steels (7), Grapheus (1), Nutius (2), Plantijn (Moretus) (13), Verdussen (7), Aertsz (2), Cnobbaert (16), Meursius (4), Lestenius (2), Woons (3), Van Metelen (1), Thieullier  (1)

Brussel (9), Leuven (12), Gent (1), Luik (3)

Noordelijke Nederlanden (21)

Amsterdam (6), Rotterdam (3), Dordrecht (1), Arnhem (1), Deventer (1), Den Bosch (1), Leiden (5), Utrecht (3)

Frankrijk (24): Parijs (7), Lyon (8), Douai (4), Rouen (3), Bordeaux (1), Straatsburg (1)

Gedrukt in de Zuidelijke Nederlanden          44,9%

Gedrukt in de Duitse gebieden                      25,7%

Gedrukt in Frankrijk                                      12,8%

Gedrukt in de Noordelijke Nederlanden       11,2%

Zwitserland en Italië                                        5,4%

                                                                       =====

                                                                       100%

Formaten:

Folio (53), Kwarto (35), Octavo (80), Duodecimo (8), Sedecimo (8), 24mo (3)

CATALOGUS

B. 1. THOMAS VAN AQUINO, JACOMO PENZIO, Opus aureum super quatuor evangelia Venetiis arte Boneti Locatelli, impensis Viri Octaviani Scoti 1493, fol.

‘Een gouden werk over de vier evangeliën’, Gereed op 4 juni 1493. Provenence: J. W. Hoevinck schenking …? Lamertz Willemsens Gaudam; Haastrecht, parochie; 1967, Warmond, Groot-Seminarie (BMH Warm i1263G3) in depot Amsterdam, KTH; 1984, bisdom Haarlem bruikleen aan Utrecht, RMCC. Nu Museum Catharijneconvent Utrecht) [1]

A. 2. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Postilla super evangelia, Prima pars, fol., Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1498  [1]

A. 3. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Postilla super evangelia, Secunda pars huis operis continens psalteriu[m,] cu[m] postilla domini, fol, Hugonis cardinalis, Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1499  [1]

A. 4. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS ), Postilla super evangelia, Tertia pars hui[us] operis, continens postilla domini Hugonis Cardinalis: Super: Proverba, Ecclesiasten, Lantica, Libru[m] sapientie, Ecclesiasticum, fol. Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1500 [1]

A. 5. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Postilla super evangelia, Quarta pars hui[us] operis: co[n]tine[n]s textu[m] unacu[m] postilla d[omi[ni] Hugonis Cardinalis: Prophetasz Esaie, Hieremie et eiusde[m], Thren., Barch, fol.  Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1501  [1]

A. 6. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Postilla super evangelia, Quinta pars huius operis in se continens postillas domini Hugonis Cardinalis. Prophetasz et libror.: Ezechilis, Danielis, Ofee, Jobelis, Amos, Abdie, Jone, Michee, Naum, Abacuk, Sophonie, Aggei, Zacharie, Malchie, Machabeoru[m] ii, fol., Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1501 [1] 

A. 7. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Postilla super evangelia, Sexta pars huius operis co[n]tinens postillam domini Hugonis Cardinalis, sup. Quattuor evangelia Bcom? Mattheu[s], Marcu[s], Luca[s], Johannem, fol. Basel Johann Amersbach voor Anton Koberger 1502 [1]

(De dominicaan Hugo de SaintCher (De Sancto Caro, Cardinalis, 1200-1263) was kardinaal, adviseur en diplomaat voor Gregorius IX en paus Innocentius IV. Hij wordt gezien als een van de belangrijkste en invloedrijkste bijbelcommentatoren uit de Middeleeuwen. Zesdelig werk, nagenoeg compleet. Alleen het eerste blad van het eerste deel ontbreekt. In elk deel staat voorin met de hand de volgende tekst geschreven: “Pertinet ad librariam domus Collationis Sancti Pauli” (behoort tot de bibliotheek van het Collatiehuis van St.Paulus), in enkele gevallen doorgehaald. Verder in elk deel een rood stempeltje met het stadswapen van Gouda met de zes sterren, wat de herkomst uit de Goudse Librije verraadt. Ze zijn daar terechtgekomen na confiscatie van het boekenbezit van de collatiebroeders door de stad Gouda, na het overlijden van de laatste kloosterling (pater Jan) rond 1630. Tussen 1657 en 1671 moeten ze uit de Librijecollectie verwijderd zijn, denkelijk na 1661, toen besloten werd de kettingen aan alle boeken in de Librije te verwijderen. Op de zes banden zijn nog de plekken te zien waar de aansluitingspunten voor de kettingen gezeten hebben. Alle banden hadden ook koperen boekklampen, maar die zijn deels defect of verdwenen. De ruggen zijn in deplorabele toestand, dit in tegenstelling tot de boekblokken. Die zijn puntgaaf, inclusief het fraai pentekenwerk ingekleurde afbeeldingen in het eerste deel en de rubricering, die onmiskenbaar door de collatiebroeders zelf zijn aangebracht. Een zevende deel, over de brieven van Paulus, verscheen nog in 1502 en ontbreekt hier. Identificatie als de Baselse druk van Koberger door Jan Willem Klein. Kluisboeken. Signatuur: Locus A9 en A2,3,4,5,6,7)

B. 8. DES[IDERIUS] ERASMUS Roterodami, De duplici copia verborum ac rerum commentarii duo: plerisque in locis aucti. Epistola Erasmi Roterodami ad Iacobum Wimphelium Selestinum, Straatsburg, apud Ioannes Knoblouchium, Argentorati 1525, 8o, [viii]+114+[vi] p. [4]

(Populaire handreiking voor het schrijven en spreken van de grote humanist Erasmus. In één band met werk van Augustinus hierna (nummer 9). (BMH Warm pi1259B16-2).

B. 9. AURELIUS AUGUSTINUS, Collectanea, ex universo opere librorum D. Aurelii Augustini passim decerpta, simitam quanda[m] media[m] Christianis, nu[n]c misere dissentie[n]bus mon[s]trantia, qua unanimiter ad ecclesiam Christi redcant, Daventræ, apud Albertum Pafradum Deventer 1529, 8o [2]

(Zeldzame eerste en enige uitgave van een originele selectie van fragmenten uit de werken van Sint-Augustinus (354-430), bijeengebracht door een onbekende humanist met de duidelijke bedoeling het katholieke geloof te verdedigen tegen de talrijke soorten hervormers en ketters die actief waren in het noorden van Europa in die tijd, en om afgedwaalde gelovigen terug te brengen tot het ware geloof. De samensteller van deze bloemlezing, die zijn voorwoord op 23 maart [1526?] dateerde, is niet geïdentificeerd, maar Albert Paffraet (overleden 1553), de zoon van de bekendere drukker Richard Paffraet, publiceerde veel boeken van hedendaagse humanisten als Erasmus, Murmellius, Reuchlin en Angelo Poliziano, inclusief beide pamfletten geïnspireerd op de ideeën van de Reformatie en de verdediging van het traditionele geloof. Diverse eigendomsaantekeningen (niet ontcijferd); 17/18de eeuw (?), T. de Jonge; 19de eeuw (?), Haastrecht, parochiekerk bruikleen aan Warmond, Groot Seminarie; 1967 (BMH Warm pi1259B16-1), Warmond Groot Seminarie in depot aan Amsterdam, KTH; 1984, bisdom Haarlem bruikleen aan Utrecht, RMCC. Nu in Museum Catharijneconvent Utrecht)

A. 10. HUGO CARDINALIS (HUGO DE SANCTO CARO, CASTELLANIS), Explicit postilla domini Hugonis Cardinalis super actus apostolorum, epistolas Pauli quattuordecim videlicet, Impressa Parisijs, typis et characteribus magistri Petri Vidouei, impensis honestoru[m] virorum Ioannis Parui, Aegidij Gormo[n]tij, Ponceti le Preux, ac Petri Gaudool, anno 1531, fol., [ongenummerde bladen] [1]

(Bijbelcommentaar van Hugo Cardinalis op de brieven van Paulus. Met deze editie is blijkbaar het ontbrekende zevende deel van de reeks werken van Cardinalis opgevangen. In zeer sleets, deels afgebrokkelde geblindstempelde leren band om houten platten. Eerste bladen ontbreken. Eigendomsinschrijving op laatste blad van “Ex libris Johanne Burne, Johanna Burne sure posidet” en  “Johanne Burne huine libri possessor berne amen fini”. Kluisboek. Signatuur: Locus A9)

B. 11. AMBROSIUS VAN MILAAN, DESIDERIUS ERASMUS, Divi Ambrosii episcopi Midiolanensis Commentarii in omnes divi Pauli epistolas, ex restitutione Desiderij Erasmi Roterodami diligenter recogniti, Excudebat Coloniæ Ioannes Gymnicus 1532, 8o, 521p. [2]

(Haastrecht, parochiekerk bruikleen aan Warmond, Groot Seminarie (BMH Warm pi1259B14); 1967, Warmond Groot Seminarie in depot aan Amsterdam, KTH; 1984, bisdom Haarlem bruikleen aan Utrecht, RMCC. Nu in Museum Catharijneconvent Utrecht)

B. 12. JOHANNES ECKIUS, Homiliarum adversus quoscunque nostri temporis hæreticus, super Evangelia de tempore, ab Adventu usque ad Pascha, tomus I, Jean Loys Parijs 1538, 4o. [3]

(Symon Boucher (?); 19de eeuw (?), Haastrecht, parochiekerk bruikleen aan Warmond, Groot Seminarie (BMH Warm pi1259B13); 1967, Warmond Groot Seminarie in depot aan Amsterdam, KTH; 1984, bisdom Haarlem bruikleen aan Utrecht, RMCC. Nu in Museum Catharijneconvent Utrecht)

A. 13. CONCILIA OMNIA, tam generalia, quam particularia, ab apostolorum temporibus in hunc usque diem a sanctissimis patribus celebrata, & quorum acta literis mandata, ex vetustissimis diversa[rum] regionu[m] bibliothecis haberi potuere, his duobus tomis continentur. Tomus primus ea recenset concilia, quæ a beato Petro apostolo usq[ue] ad Iohanne[m] huius nominis papam secundu[m] servata invenimus: quo[rum] ordinem & nomina si quis accuratius desideret, versa pagina indicabit, Coloniæ, 1538, mense septembri, Petrus Quentel excudebat, fol., [xxxi]+1162 [=581fol]+[i] p. [8]

A. 14. CONCILIORUM OMNIUM, tam generalium, q[uam] particulariu[m], a temporibus Agapeti Papæ usque, ad Eugenium papam quartu[m], ex vetustissimis bibliothecis collectorum. Tomus secundus. Quorum ordinem & nomina versa pagina quærentibus offered, Coloniæ, 1538, mense septembri, P. Que[n]tel excudebat, fol., [xxvii]+1650] [=825fol.]+[i] p. [8]

(Tweedelige post-incunabel over de opeenvolgende concilies. Twee foliodelen in geblindstempeld perkament gebonden, waarbij het perkament van het eerste deel aan de randen licht gekruld is. Met titel ”Conciliorum j” en “Conciliorum jj” in oud handschrift op de ruggen. Deel 1 met resten van koperen boekklampen, deel 2 met nog twee gave koperen boekklampen. Rood gespikkeld op snee. Platten aan binnenzijde met afdrukken van middeleeuwse manuscripten. Beide delen met fraaie titelpagina met een brede rand met houtsneden rond te titel. Aan de voet wapenschilden van de belangrijkste staten. Griekse eigendomsinschrijving op het titelblad. Op de keerzijde van beide titelpagina’s een halve paginagrote houtsnede van keizer Karel V op de troon. Tientallen kleine gravures als initialen. Met talrijke aantekeningen en sommige onderstrepingen in oud handschrift in de marge. Luther verwijst herhaaldelijk naar dit werk in zijn geschriften. Het werk is het resultaat is van het raadplegen van de codes van meer dan vijfhonderd bibliotheken. Aan binnenzijde deel 2 briefje met de tekst: “In bruikleen afgestaan door de Parochiekerk van Haastrecht”. Signatuur: Locus C10)

A. 15. JOHANNES ROYARDUS, Homiliæ in evangelia dominicalia iuxta literam, adiectis Homiliis in Evangeliatrium feriarium Paschalium, & totidem Pentacostalium, per F. Ioannem Royardum ordinis F. Minorum, nunc primum ædicæ. Pars Heymalis, Antverpiæ, in ædibus Ioannis Steelsii, Anno 1542, Men. Ianuar., 8o, [xxxi]+294fol. = 588+[i]p. [3]

A. 16. JOHANNES ROYARDUS, Enarratio passionis Domine Nostri Iesu Christi, secundum utriusque Testamenti scripturas, pr F. Ioannem Royardum ordinis fratrum Minorum ædita, ac nunc denuo per eundem recognita, tersa & emendate, Antverpiæ, in ædibus Ioannis Steelsii, Anno 1542, Men. Ianuar., 8o, [xiv]+65fol = 129p. [3]

(Post-incunabels uit de bekende Antwerpse drukkerij van Johannes Steelsius, meestal gedrukt door Johannes Grapheus. Het drukkersmerk staat op de laatste bladzijde. Met preken op de zondagsevangeliën, de Paastijd en de Goede Week: in het Nederlands vertaald: “Een uiteenzetting over het lijden van onze Heer Jezus Christus, volgens de Schriften van beide Testamenten”. Met fraaie beginletters (initialen). Het eerste werk is opgedragen aan de Utrechtse bisschop Joris van Egmond, de schenker van het voornaamste glas in de Sint-Janskerk in Gouda. Op deze voorstelling van Wouter Crabeth met de doop van Jezus door Johannes de Doper in de Jordaan, is deze bisschop ook afgebeeld. Op schutblad eigendomsinschrijving van Nicolaus Bestens, op 15 juli 1614 kanunnik geworden in Emden en overleden op 4 juli 1636 (Wassenberg, Embrica, 1667, p.85). Originele, geblindstempelde leren band in slechte conditie door slechte bewaarcondities. Gekruld en losgeraakt van de kartonnen platten. Zonder signatuur)

C. 17. JOHANNES VAN POLANCO, Breve directorium ad confessarij ac confitentis munus ritè obeundum concinnatum per M. Ioannem Polancum Theologum Societatis Iesu [DM] Louvanii, apud Ion. de Winghe Bib[liopolæ] Iurat[i], in Foro è regione Aethiopis, apud antiquum Petrum, an. 1554, 12o, 89fol. [=178+viii] p. [4]

(Een korte handleiding voor een goede uitoefening van het ambt van biechtvader, geschreven door de Spaanse jezuïet Juan Alfonso de Polanco (1517-1576). Hij was lange tijd secretaris van de stichter van de orde, Ignatius van Loyola. Zogeheten doorschoten exemplaar; na elke gedrukt blad een blanco blad voor aantekeningen. Drukkersmerk van Jan de Winghe: schaap met leeuw en randtekst ‘Humilitas omnia vincit’ [Nederigheid overwint alles]. Hetzelfde drukkersmerk op de laatste pagina. Daarboven in oud handschrift ‘Sanna ovis comomsti (?) Ghij hebt de mont waterich gemaeckt’. Achterin als impressum: ‘Lovanii ex officina Ioannis de Winghe bibliopolæ iurati, in platea (vulgo dicta) lapidea, e regione magni xenodochoo, anno 1554, 19. Maii’. Eigenaarsinscriptie op titelblad ‘Petrus Corwelm (?) bel’. In origineel perkamenten spitselbandje. Archief Barnabasparochie Haastrecht).

A. 18. JOHANNES ROYARDUS, Homilie in omnes epistolas dominicales & festivitatis sanctorum iuxta literam, per F. Ioannem Royardum ord. P. Minorum, iampridem æditæ, & nunc denuo per eundem recognitiæ, tersæ & emendatæ. Pars Hyemalis [DM] Antverpiæ, in ædibus Ioannis Steeltii, anno 1555, 8o, [xxxi]+159fol = 318p. [3]

A. 19. JOHANNES ROYARDUS, Homilæ per festi vitiates sanctorum. Per Fratrem Ioannem Royardum ordinis Fratrum Minorum, iam pridem editæ, & nunc denuo per eundem recognitiæ, tersæ & emendatæ [z.pl., z.j.; aan het eind: Typis Ion. Graphei], 8o, [xxi]+159fol = 318p. [3]

(Post-incunabels uit de bekende Antwerpse drukkerij van Johannes Steelsius. Met veel fraaie beginletters (initialen). Zeer populair prekenboek voor kerkelijke feestdagen. Van dit werk verschenen tussen 1538 en 1554 zeker 33 edities. De auteur, Johannes Royaard of Royardus (ca. 1475-1547), een franciscaan, was een geliefd prediker in Brugge. Hij verbleef ook enige tijd in Schotland. Op eerste schutblad eigendomsinschrijving van “Petrus Joannis dommeri me jure poscidet. Anno domini 1619, 5/13”. Met in het eerste deel talrijke aantekeningen in oud handschrift in de marge. Met middeleeuws manuscript als bindstroken. Band van geblindstempeld leer, sterk gewreven en van het achterplat loskomend van het karton. Zonder signatuur)

A. 20. SERAPHINUS CUMIRANUS, Conciliatio locorum com[m]unium totius scripturæ sacræ, qui inter se pugnare videntur [DM] Antverpiæ. In ædibus Ioannis Steelsii, 1557, 8o, [lxxi]+590p. [1]

A. 21. SERAPHINUS CUMIRANUS, Conciliationum locorum communium totius Scripture Sacre qui interse pugnare videntur, [DM] Antverpiæ. In ædibus Ioannis Steelsii, 1558, 8o, [xxxviii]+424p. [1]

(Twee delen in één fraai geblindstempelde band met florale motieven. Het werk handelt over de verenigbaarheid van Bijbelteksten die met elkaar in strijd lijken te zijn. Op schutblad “ad usum pastorates in de Krommenmydregt”. De Kromme Mijdrecht is een buurtschap in de huidige gemeente Ronde Venen. Met fraai drukkersmerk van de Antwerpse drukker Johannes Steelsius. De auteur is de Franse theoloog en franciscaan (minderbroeder) Seraphinus Cumiranus Feltrensis. In originele lederen band met houten platten en blindstempeling. Band aan bovenzijde met kleine beschadigingen. Restanten van twee koperen boekklampen. Signatuur: C.220.2 en [0]3)

A. 22. JOHANNES ROYARDUS, Homilæ in Evangelia Dominicalia iuxta literam, adiectis Homiliis in Evangelia trium Feriarum Pentacostalium, ac Evangelio de Zachæo, per F. Ioannem Royardum ordinis F. Minorum, nuper æditæ, ac nunc per eundem denuo recognitiæ, tersæ, & emendatæ. Pars aestiva [DM] Antverpiæ in ædibus Ioannis Steelsij, anno 1559, 8o, [xxi]+291fol = 582p. [3]

(Preken voor het feest van Pinksteren en daarna. In gesleten originele bruinleren band, met goud-ornamenten op de hoeken en een gouden eikel in het midden. Rug deels afgebrokkeld en los. Met middeleeuwse bindstroken. Papier op snee zwak door vochtwerking. Zonder signatuur)

C. 23. IOANNES ECKIUS, Enchiridion locorum communium adversus Lutherum & alios hostes Ecclesiae. Libellus ut optimus, ita multo iam, quam antehac tersior auctiorq ; ex ultima authoris recognitione, Antverpiae in ædibus Ioannis Stelsii 1562, 16o, [xiv]+294+[i] p. [12]

(Handboekje met teksten tegen Luther en andere vijanden van de kerk. In Nederlandse vertaling in Delft gedrukt in 1527. Johannes Eck (1486-1543) heette eigenlijk Johann Maier maar werd naar zijn geboorteplaats veelal Eck (Egg) genoemd. Hij was hoogleraar theologie in Ingolstad en Leipzig. In gesleten geblindstempeld bruin leren bandje met sluitlinten. Bovenste deel rug los. Middeleeuws manuscript op binnenzijde van beide platten. In oud handschrift ‘S.J.H.’ op titelblad. Drukkersmerk Steelsius op de laatste bladzijde. Archief Barnabasparochie Haastrecht)

A. 24. JOHANNES HESSELS, Brevis et catholica symboli apostolici, secunda edition [DM] Lovanii Ioannem Bogardum. Sub Biblijs Aureis, anno 1562 [achterin:Lovanii, typis Stephani Valerij typogr. Iurat], 8o, 67fol = 134+[vi]p. [1]

A. 25. JOHANNES HESSELS, Confutatio novitiæ fidei (quam vocant specialem). Adiunctus est & Tractatus, de Cathedræ Petri perpetua protection & firmitate, eodem autore [DM] Lovanii, apud Ioannem Bogardum, Sub Biblijs Aureis, anno 1562, [achterin:Lovanii, typis Stephani Valerij typogr. Iurat], 8o, [i]+66fol = 131p+[viii]p. [12]

A. 26. JOHANNES HESSELS, Tractatus pro invocation sanctorum contra Iohannem Monhemium, & eius defensorem Henricum Artopæum. Huic autem tractatui præmititur succincta confutation erroris, quo idë Monhemius cum Brentio afferit, Deum nihil nobis largiri intuitu orationum & nos debere statuere Deum nobis esse propitium priusquam eum oremus [DM] Lovanii, apud Ioannem Borgardum, Sub Biblijs Aureis, anno 1562 [achterin:Lovanii, typis Stephani Valerij typogr. Iurat.], 8o, [i]+66fol. = 131+[viii]p. [12]

(Drie geschriften van Johannes Hessels, ook wel Jean Leonardi Hasselius of Jean Hessels (1522-1566) genoemd. Hij was een Vlaams theoloog en hoogleraar in Leuven. Het eerste werk handelt over de apostolische symbolen. Het tweede werk betreft: “Een weerlegging van het nieuwe geloof (dat ze een speciaal geloof noemen)”. Het laatste werk is “Een verhandeling voor het aanroepen van de heiligen tegen Johannes Monhemius en zijn verdediger Hendrik Artopaeus. Deze verhandeling wordt voorafgegaan door een beknopte weerlegging van de dwaling, waarmee Monhemius, samen met Brentius (Brenz), aanhaalt dat God ons niets geeft met het oog op onze gebeden, en dat we moeten vaststellen dat God ons genadig is voordat we tot hem bidden”. Monheim (1509-1564) was rector van het Gymnasium in Düsseldorf. Hij gaf in 1560 een nieuwe catechismus uit in acht dialogen, die veel kritiek opriep door de middenpositie die hij innam tussen lutheranen, calvinisten en katholieken. Hij stond onder invloed van de reformator Johannes Brenz. De drie werken in deze band zijn gedrukt door de Leuvense drukker Johannes Bogardus in zijn drukkerij, in vertaling genaamd ‘In de gouden Bijbel’. In originele bruinleren band; sterk gewreven. Met middeleeuwse bindstroken; op tweede schutblad aantekeningen in oud handschrift: “Sum Anthonij Wantei(?) en “Ad usum dni. Nicolas Dupont ex auctore dni. Anthonij Nante, Augustinus”, gevolgd door een Latijnse spreuk. Signatuur PL.VIII.3.1236 en 253.7)

A.27. CATECHISMUS ex decreto concilii Tridentini, ad parochos, iussu editus. In hac editione, præter mendas plurimas correctas, adiecta etiam sunt passim in margine cum scripturarum, tum partum loca, in exemplaribus reliquis, præsertim Romanis, omissa [DM] Lovanii, apud Ioannem Bogardum, Sub Biblijs Aureis, anno 1567, 8o, [i]+578+[xxxviii]p. [5]

(Catechismus, enkele jaren eerder voorgeschreven door het Concilie van Trente (1545-1563). Dit concilie leverde het antwoord op de reformatie. Deze catechismus was onderdeel van de strategie van de contra-reformatie. Op titelblad eigendomsinschrijving van “f[rater] Io[hann[es] Vlimeri D.D.D. æ P.P. in Hernio An[no] 1569 Iunij 8.die”. Waarschijnlijk is dit Johannes Ulmerius, een augustijn of regulierenpater uit Leuven. Op het eerste schutblad staan een eigendomsinschrijving van een andere pater: “Sum f[rater] Jodocus Jo[hann[is] ordinus S. Augustini; ook een augustijn dus. Aan de binnenzijde van het voorplat staat in oud handschrift een distichon in het Latijn. In originele, fraai geblindstempelde band, waarvan het leer op beide (houten) platten en op de rug gescheurd is. Oorspronkelijk perkamenten achterplat ook nog aanwezig. Een van de twee koperen boekklampen is nog aanwezig. Signatuur: [0]500)

A. 28. JOHANNES HESSELS, Catechismus solidam et orthodoxam explicationem continens [DM] Lovanii, apud Ioannem Borgardum, sub Biblijs Aureis, anno 1571 [achterin: Lovanii, typis Iacobi Heybergij, 1572], 8o, 419 fol.[=838]+[xx]p. [5]

(Johannes Hessels, ook wel Jean Leonardi Hasselius of Jean Hessels (1522-1566) genoemd, was een Vlaams theoloog en hoogleraar in Leuven. Hij schreef vooral polemisch werk en bijbelcommentaren. Dit is zijn voornaamste theologisch-dogmatische werk dat in 1571 voor het eerst verscheen. Op titelpagina in oud handschrift eigendomsaantekening “T. de Jonge”. Op laatste schutblad Latijns vers: “Stipendium peccati mors Gratia / Stipendium peccatis mors / Gratia autem dei in Christo Jhesu / vira æterna”; dat wil zeggen: “Het loon van de zonde is de dood. Genade / dood is het loon van de zonden / En de genade van God in Christus Jezus / eeuwige mens”. In originele bruinleren band met houten platten; met sluitleertjes. Enkele goudornamenten op de band, die gewreven is. Signatuur: 253.8 PL.VIII.3.1237)

A. 29. AURELIUS AUGUSTINUS, Divi Aurelii Augustini Hipponensis episcopi. Meditationes, Soliloquia, & Manuale. Collatione aliorum exemplarium emendata, & annotates passim sacræ scriptura allegationibus aucta [DM] Lovanii, apud Hieronymum Wellæum, ad intersigne Diamantis, anno 1574, 12o, 134+[ix] p. [2]

(Teksten van Augustinus, met annotaties uit de Bijbel. In originele, bruinleren bandje. Sleets op de hoeken. Registerpagina’s met kleine inkeping. Fraai drukkersmerk op titelpagina en achterin. Eigendomskenmerk op titelpagina: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: 242 [0]57)

A. 30. JOHANNES MOLANUS, Usuardi martyrologium quo Romana ecclesia, ac permultæ aliæutuntur: iussu Caroli Magni conscriptum. Cum additionibus ex martyrologijs Romane ecclesiæ, & aliarum, potissimum Belgij [DM] Antverpiæ, apud Philippum Nutium, 1583, 8o, [lxii]+218fol. = 436p. [6]

A. 31. JOHANNES MOLANUS, Indiculus sanctorum Belgii [DM] Antverpiæ, apud Philippum Nutium 1583, 8, [i]+95fol. = 190+[xiii]p. [6]

(De martyrologie van Usuardus, waardoor velen werden gewonnen voor de katholieke kerk, werd geschreven in opdracht van Karel de Grote. Met toevoegingen uit de martyrologieën van de Roomse kerk en anderen, vooral in de Nederlanden. Deze martyrologie was de basis voor de officiële martyrologie, die de Rooms-Katholieke Kerk in 1584 invoerde. Johannes Molanus (Vermeulen), 1533-1584, was een prominent Vlaams theoloog van de contrareformatie die doceerde in Leuven. Hij ontwikkelde een meer wetenschappelijke benadering van de heiligenlevens. Eigendomskenmerk op titelblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In puntgave band van omslaand perkament. Rood op snee. Titel in oud handschrift vervaagd op de rug. Zonder signatuur).

A. 32. HENRICUS KYSPENNINGIUS, Aquæ vitæ, de fontibus salvatoris. Hoc est, doctrina evangelica de meditatione mortis [DM] Antverpæ, ex officina Christophori Plantini, 1583, 8o, 509+[xvii]p. [9]

(Henricus Kispenningius – Heinrich Kispenning in het Duits – overleed in 1588. Hij werd geboren in Venlo en was kanunnik van de collegiale kerk van Xanten in het Hertogdom Kleef. Zijn eerste meditatie over het sterven verscheen in 1573. In originele perkamenten spitselband. Rug vervuild met in oud handschrift de titel “aquæ vitæ”. Omslag van perkament licht gekruld. Twee bindstroken met middeleeuws manuscript zichtbaar. Op voorste schutblad eigendomsinschrijving “Gysber Rolosius 1609. Adi 25 Aprilis constat 21a”. Op schutblad achterin in vergelijkbaar handschrift lang gedicht of gebed, beginnend met de zinnen: “Ave Maria Stella/ Dei mater alma/ Atque semper virgo/ fælix cæli polta / etc”. Gijsbert Jansz Roloos uit Gouda was een oom van Geertrui Bik en ondertekende – net als pater-pastoor Nicolaas de Jonge in 1647 een verklaring over haar wonderbaarlijke genezing in Haastrecht dankzij Maria van Foy. Over Gijsbert Roloos; R.R. Post, ‘Zes verslagen over de werkzaamheden door de Jezuïeten der Hollandsche missie verricht’, in: Archief voor de geschiedenis van het aartsbisdom Utrecht 58 (1934) p. 1-89 en 59 (1935) p. 79-196: aldaar in het bijzonder 58 (1934) p. 41 en 59 (1935) p. 167. Zonder signatuur)

A. 33. ANDREAS FABRICIUS LEODIUS, Catechismus Romanus, ex Decreto Concilii Tridentini, & Pii. V. Pontificis Maximi iussu primum editus. Nunc vero luculentis quæstionibus, quæ mox rei popositæ materiam oculis subijctant, distinctus, brevibusq annontatiunculus clucidatus studio et industria Andreæ Fabricii Leodii, illustrissimorum principum Alberti & Ernesti, eius filii. Comitum Platinorum Rheni, ac utriusque Bavariæ Ducum consiliari. [DM] Antverpiæ, ex officina Christophori Plantini, 1583, 8o, [xx]+470+[xxxv]p. [5]

(Leodius (1520-1581) was van Luik. Hij schreef ook klassieke toneelstukken. In fraai versierde bruinleren band met goudopdruk. Ook goud en geciseleerd op snee, vlekje op titelpagina. Zonder signatuur)

A. 34. HONORIUS SOLITARIO AUGUSTODUNENSIS, Mundi synopsis: sive de imagine mundi: Libri tres. Ab Honorio Solitario Augustodunense ante annos quadringentos sexaginta tres [1463] scripti, quorum tertius hactenus numquam visius iam vero una cum duobus prioribus ex vetusto manuscripto codice primum in gratiam studiosorum luce donatus, prodit [DM] Spiræ civitate veterum Nemetum, apud Bernardum Albinus, anno 1583, 8o, [x]+184+[xxi]p. [14]

(Uitgave van een geschrift uit 1483 van een mysterieuze auteur, waarover weinig bekend is. Vermoed wordt een Zuid-Duitse afkomst. Hij schreef meerdere theologische en filosofische werken en heeft in dit boek aandacht voor kosmografie, astronomie, meteorologie en chronologie. De stichting van Duitse steden komt veelvuldig aan de orde. Met fraai drukkersmerk op titelblad en paginagroot op de laatste bladzijde. Voorwoord aan de lezer van de drukker, Bernardus Albinus uit de Duitse stad Speyer, begint met Erasmus en de Venetiaanse drukker Manutius. In originele spitselband met omslaand perkament, aan de onder-binnenzijde gekruld en voor licht beschadigd. Eerste deel met vochtvlek rechtsonder. Signatuur H550 en [0]225)

A. 35 FRANCOYS DU JON [FRANCISCUS JUNIUS DE OUDERE], Admonition, chrestienne de F. Duion fidele serviteur de Dieu, aux chrestiens du Pays bas. Respondante aux fauffes doctrines, blasmes, & calomnies de Iean Haren, contre les Eglises des Protestans, & les Ministres d’icelles, en un livret intitulé: Les causes iustes et equitables qui ont meu Iean Haren, iadic Ministre, de quitter la religion pretendue reformee, pour se renger au giron de l’Eglise catholique [Orn.] A Amsterdam, pour Laurens Iaques, libraire, demourant sur l’eau a l’enseigne de la Bible d’oree, 1587, 8o, [xxi]+284p. [12]

(Zeldzaam werk. Niet in STCN; wel een editie in UB’s Leiden en Utrecht zonder plaats en jaar, die op mogelijk Heidelberg en 1586 wordt gezet. Die editie heef een identieke titelpagina, maar geen impressum. Betreft reactie op een geschrift van de uit Valenciennes afkomstige Waalse predikant Jan Haren, die in aanzien stond bij Calvijn en Willem van Oranje, maar in 1586 te Antwerpen terugkeerde tot het katholicisme na lezing van diverse katholieke traktaten. In 1610 besloot hij tot een schuldbekentenis in de Waalse kerk van Wezel en werd hij weer gereformeerd. Ook deze stap lichtte hij weer toe in een uitvoerig geschrift: La Repentance de Jean Haren et son Retour en l’église de Dieu, publiquement par lui récitée en l’église Wallonne de Wesel. Hij werd geen predikant meer, maar vestigde zich in de Republiek. De titel van dit boek uit 1587 van Junius luidt vertaald: “Christelijke vermaning van F. Duion, trouwe dienaar van God, aan de christenen van Nederland. Reactie op de valse doctrines, blaam en laster van Iean Haren tegen de protestantse kerken en haar predikanten, in een boekje: De rechtvaardige en billijke oorzaken die Iean Haren, de genoemde minister, ertoe brachten de zogenaamde gereformeerde religie te verlaten en terug te keren in de schoot van de katholieke kerk”. Het boekje dat in de titel genoemd wordt is: Bref discours des causes justes et equitables qui ont meu M. Jean Haren jadis Ministre, de quitter la religion pretendue reformee pour se renger au giron de l’Eglise catholique. Récitées publicquement au peuple d’Anvers en la grande salle du College des Peres de la Société de Jésus, le IX. jour de Mars 1586 par ledit Haren. Aquel sont adjoustées certaines demandes chrestiennes, proposées par ledit Jean Haren à un certain ministre protestant touchant les principaux pointz de la Religion catholicque. Livre tres-utile et necessaire pour le temps présent, affin de descouvrir à plain la malice des ennemis de l’Église et du repos publicq (Paris, 1586, Anvers, 1587). François Duion, auteur van het kritische geschrift over Haren, was in het Franse Bourges geboren Franciscus Junius the oudere (1545–1602) die bekendstond om zijn gematigdheid. In vervuilde originele perkamenten band, met resten van sluitleertjes. Perkament achterplatten links onderaan met lichte vochtschade. Ook achterste schutbladen met lichte vochtschade. Op achterzijde voorste schutblad tekst in zeer vervaagd oud handschrift. Signatuur: D239 [0]12).

A. 36. NICOLAUS GALLERIUS, Evangeliorum per universum annum explicandorum ratio, una cum usu catechismi a Sancta Synodo Tridentina ad parochos scribi iussi; secundum usum Romanum. Additum suis locis, quid, quo, quo tempore sit revocandum populo in memoriam ex Ecclesiæ Catholicæ insituto […], [DM] Brixiæ, apud Petrum Mariam Marchettum, 1589, 8o, [x]+353p. [5]

(Methode om de evangeliën het hele jaar door uit te leggen, samen met het gebruik van catechismus, op voorschrift van het Concilie van Trente en aan de geestelijkheid opgelegd. De auteur was kanunnik in Padua (Patavinus). Het boekje is gedrukt in het Italiaanse Brescia. Met originele perkamenten band, die aan achterzijde in slechte staat is. Boekblok uitstekend. Signatuur: [0]212)

A. 37. FRANCISCUS COSTERUS, Schildt der Catholijcken teghen de ketterijen: inhoudende de principaelste gheschriften die in onsen tijden opgeresen zijn in ’t geloove, met een oprechte verclaeringhe der selver. Ende nu nae den laetsten druck in Nederduytsche taele overgeset door M. Govevaert vanden Berghe, B.S.T. pastoor van Oosterweel [DM] T’Antwerpen. In de druckerije van wijlen C. Plantijn, by de weduwe ende Jan Mourentorf, 1591, 8o, [xxx]+451+[ix]p. [12]

(Franciscus Costerus of Frans de Costere (1532-1619), bijgenaamd de ketterhamer, was een jezuïet die behoorde tot de felste polemisten van de contrareformatie. Hij verbleef lange tijd in Keulen en reisde diverse keren naar Rome. Van 1589-1619 woonde hij in Brussel. Dit boek lokte een uitvoerige reactie uit van Franciscus Gomarus, de streng-gereformeerde hoogleraar theologie in Leiden. In uiterst goed geconserveerde originele perkamenten spitselband. Titelpagina gedrukt in rood en zwart, met het bekende drukkersmerk met de gulden passer van Plantijn. Klein vlekje op titelblad. Rood-gespikkeld op snee. Signatuur: Locusstempeltje 239/1 en Haastert PL.III.3.386)

A. 38. IOANNIS OSORIUS, Tomus primus concionum. A Dominica prima Adventus, usque ad resurrectionem [DM] Lugduni, in officina Hug. a Porta, apud Fratres de Gabianu, 1594, 8o, [xiv]+678+[xlviii] p. [3]

A. 39. IOANNIS OSORIUS, Tomus secundus concionum. A Dominica prima post Pascha, usque ad Adventum [DM] Lugduni, in officina Hug. a Porta, apud Fratres de Gabianu, 1594, 8o, [vii]+632+[lx] p. [3]

(Het eerste deel van preken. Vanaf de eerste zondag van de advent tot de opstanding en het tweede deel van de preken. Vanaf de eerste zondag na Pasen tot Advent. Osorius was een Spaanse jezuïet uit Burgos. Op het titelblad van het tweede deel eigendomsinschrijving: “Sum Corn. Oosterlaen, 1681”. Oosterlaen was 25 jaar lang pastoor in Randenburg, nabij Gouda, tussen Boskoop en Reeuwijk. Twee (van drie)delig werk in originele perkamenten spitselbanden, waarvan perkament bij de omslag krult. Sporen van sluitlinten. Op de vervuilde rug in oud handschrift “Osorii Conciones, Pars, seu Tomus I” en idem Tom II). Zonder signatuur).

A. 40. MARCUS VALERIUS MARTIALIS, Epigrammation libri XII. Xeniorum Lib. I. / Apophoretorum Lib. I. Omnia ad vetustiorum codicum fidem diligenter emendata, scholiis in margine illustrate apposite etiam varietate lectionum: ac demùm decem epigrammatis ex eodem vetusto codice suis locis adiectis, aucti, opera Hadriani Iunii, Medici [DM] Lugd. Batavorum, ex officina Plantiniana, apud Franciscum Raphelengium 1595, 16o, 335p. [13]

(Met opdracht van Hadrianus Junius aan Joannes Dousa, de eerste bibliothecaris van de Leidse Universiteit. Op titelblad eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In gaaf spitselbandje met omslaand perkament. Op achterste schutblad eigendomsinschrijving “F. ’t Hartt”. Signatuur: 871-7 en [0]230).

A. 41. GREORGII FABRICII CHEMNICENSIS, Virorum illustrium seu historiae sacrae: Libri X recogniti, et aucti [DM] Lipsiae, impensis Valentini Vœgelini [achterin: Lipsæ, imprimebat Michael Lantzenberger, anno 1596], 8o, [xiv]+324+[xli]p. [8]

(Over illustere mannen uit de geschiedenis. Georg Fabricius (1511-1571) was afkomstig uit Chemnitz in Oost-Duitsland. Hij studeerde in Leipzig en verwierf bekendheid als dichter en als kenner van de oudheid. In originele spitselband, met resten van twee sluitleertjes. Perkament wat gebobbeld en krom. Eerste pagina’s aan de rechterzijde rafelig door kromgetrokken perkament-omslag. Signatuur F.220.9 en [0]2)

A. 42. LUDOVICUS GRANATENSIS, Conciones quæ de præcipius sanctorum festis in ecclesia habentur. A Festo Sancti Andreæ usque ad Festum Mariæ Magdalenæ [DM] Antverpiæ, ex officina Plantiniana, apud Ioannem Moretum 1600, 8o, 527p. [3]

A. 43. LUDOVICUS GRANATENSIS, Conciones de præcipius sanctorum festis a Festo beatissimæ Mariæ Magdalenæ usque ad finem anni [DM] Antverpiæ, ex officina Plantiniana, apud Ioannem Moretum 1600, 8o, 542+[i] p. [3]

(Louis de Granda (1504-1588) was een Spaanse theoloog en dominicaan, die later naar Portugal verhuisde. Met privilege van de koning van Spanje (Yo el rey). Twee keer het fraaie drukkersmerk van Plantijn. Deze twee werken over kerkelijke feestdagen maken deel uit van een serie van zes. In originele perkamenten spitselband. Op de rug in origineel handschrift de naam van de auteur: Granatensis. Binnenzijde perkamentomslag gekruld. Zonder signatuur).

A. 44. ANDREAS SALLAEUS, Index amplissimus materiarum præcipuarum, quæ sparsim in concionibus de tempore & sanctorum festis solemnibus, à  R.P.F. Ludovico Granatensi in lucem  editis, continentur; diu  multumque hactenus à Divini verbit, declamatoribus expetitus [DM] Antverpiæ ex officina Planiniana, apud  Ioannem Moretum 1602 [achterin: 1603], 8o, 1606+[ii] p. [3]

(Salaeus was pastoor in Silly. Index op de werken over katholieke feestdagen van Lodovicus van Granata in zijn Conciones de tempore. In puntgave perkamenten spitselband. Drukkersmerk van Plantijn op de titelpagina en groot op het laatste blad. Rood gespikkeld op snee. Zonder signatuur)

A. 45. CORNELIO MUSSO, Conciones evangeliorum de dominicis aliquot et festis solennioribus, singulari pietate et omnis generis erudition refertæ, atque à multis hactenus desideratæ. In gratiam totius Christia nismi Latinitate donatæ opera & studio Michaelis ab Isselt, Amersfortii, Tomus secundus [Orn.] Coloniæ apud Arnoldum Quentelium, anno 1603, 8o, [xlii]+1017p. [3]

(Prekenbundel van Cornelio Musso (of Cornelius) (1511-1574), bewerkt door Michale ab Iselt uit Amersfoort. Musso was een Italiaanse minderbroeder, bisschop van Bitonto (1544-1574) en van Bertinoro (1541-1544), en prominent deelnemer van het Concilie van Trente. Hij was misschien wel de meest bekende redenaar van zijn tijd, en werd de ‘Italiaanse Demosthenes’ genoemd. Terugkerend naar oude patristische modellen, verhief hij de homilie tot een hoge vorm van perfectie. In perkamenten spitselband, met vervuilde rug en vervaagde titel in oud handschrift. Zonder signatuur)

A. 46. IOANNES POLANCO, Methodus ad eos adiuvandos, qui moriuntur. Ex complurium doctorum ac piorum scriptis, diuturnoque usu & observatione collecta [Orn.] Leodii, apud Henricum Hovium 1604, 16o, 172p. [4]

(“Een manier om mensen die sterven te helpen. Verzameld uit de geschriften van verschillende artsen en vrome mensen, en door langdurige oefening en observatie”. Juan Alfonso Polanco (1516-1577) was een invloedrijke jezuïet. Hij speelde een beslissende rol in de vaststelling van de orderegels van de Sociëteit van Jezus en was vele jaren secretaris van de generaal-overste. Achterin index in oud handschrift. In moderner zwartleren bandje (18de eeuw?). Signatuur: 244 en [0]201)

A. 47. IOANNIS SCAPULA, Lexicon Graeco-Latinum Novum: in quo ex primitivorum & simplicium fontibus derivata atque composita ordine non minus naturali, quàm alphabetico, breviter & dilucidè deducuntur [DM] Basileæ, per Sebastianum Henricpetri [achterin: Basileæ, per Sebastianum Henricpetri anno salutis nostræ restauratæ per Christum 1605], fol. [x]+928[=1856 kolommen]+[cxxiv]+94[=188 kolommen] p. [13]

(Monumentaal Grieks-Latijns woordenboek in een Baselse editie, gedrukt door Sebastian Henricopetri. Zijn fraaie drukkersmerk siert zowel de titelpagina, als de achterste bladzijde. In originele perkamenten band, met op de rug in vervaagd handschrift de titel. Het perkament van de achterplatten komt los van het karton. Met rafelige groen-linnen sluitlinten. In de binding zijn enkele grote stukken middeleeuws manuscript zichtbaar, gerubriceerd met rood en blauw. Op titelpagina eigendomsaantekening: ‘S.J. Hastr’ (jezuïeten Haastrecht). Met bibliotheekstempel Passionisten Haastrecht. Signatuur: 030.8:475+471 en Kast I.1.3P10).

A. 48. LUCAS PINELLI, De sacramento poenitentiæ. Libri quinque. In quibus breviter ac diducide omnia, quæcunque pœnitenti ad bene confitendum sum necessaria, continentur. Itemque, de præparatione ad sacram confessionem, ac mode eam utiliter ac cum fractu instituendi [IHS-teken] Coloniæ. Apud Ioannem Crithium anno 1607, 16o, [xiv]+312p. [4]

(De Italiaanse jezuïet Pinelli (1542-1607) schrijft over het sacrament van boete in vijf boeken. Waarin, kort en bondig, alles staat wat de boeteling nodig heeft om goed te biechten. Ook met betrekking tot de voorbereiding van de heilige biecht en de wijze waarop deze nuttig wordt onderwezen. In origineel perkamenten spitselbandje. Titel in oud vervaagd handschrift op de rug. Boekblok enigszins los van de rug. Signatuur: 248/57.4 en [0]262).

A. 49. IAN VAN GORCUM, Den gheestelijcken schildt aller katholiicken. Teghen het daghelijcxe opwerpen onser wederpartije seer bequaem: t’samen vergadert uyt de H. Schrifture ende oudt-vaders der Heyligher Kercke. De tweede editie seer verbetert ende vermeerdert [afb] T’Hantwerpen by Hiernymus Verdussen, anno 1612, 8o, [iv]+400+[iv]p. [12]

(Van Gorcum was priester uit Den Bosch, die opgroeide in protestants milieu. Hij schreef diverse godsdienstige, ascetische boeken. Hij overleed in 1628 en werd begraven in het clarissenklooster in Den Bosch. De eerste editie van dit werkje verscheen in 1609. Op titelpagina is een ridder met schild te zien, met eronder de tekst “Ante quitas et successio”. In zeer sleetse geblindstempelde leren band. Binding zwak. Rug los van boekblok. Pagina’s gebruind door gebruik. Signatuur: G239 [0]14)

A. 50. LAURENTIUS BEYERLINCK, Promptuarium morale super evangelia festorum totius anni: Ad: instructionem concionatorum, reformationem peccatorum & consolitionem piorum. Pars hyemalis [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Antonij Hierati bibliopolæ, 1613, 8o, [xlvi]+760+[xiv] p. [3]

(Prekenbundel van de Antwerpse jezuïet en aartspriester Beyerlinck (1578-1627). In fraaie spitselband met omslaand perkament. Met titel in oud handschrift op de licht vervuilde rug. Zonder signatuur).

A. 51. ADRIANUS HOFSTADIUS, Sermones eucharistici LXVIII [DM] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Crithium, sub signo Galli, anno 1614, 8o, [vi]+711+[xvii] p. [3]

(Keulse editie van de verzamelde preken van de Leuvense franciscaan Adriaen van der Hofstadt (1540-1598). De eerste druk verscheen in 1608 in Antwerpen. In originele perkamenten spitselband. Doorgehaalde eigenaarsinschrijving aan weerszijden van het drukkersmerk op het titelblad. Zonder signatuur).

A. 52. GUILELMUS BALDESANUS, Stimuli virtutum adolescentiae christianæ dictati, libri tres [IHS merk] Coloniae Agrippinæ sumptibus Hermanni Mylii, anno 1614, 16o, [ilv]+642p. [4]

(De Italiaanse jezuïet Baldesanus, synoniem voor Bernardino Rosignolo (1537-1613) schreef deze “Aansporingen om de christelijke jeugd aan te zetten tot de deugd, in drie boeken” in 1594. Het werk werd diverse keren herdrukt. Met eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In overslaand perkamenten bandje, met auteursnaam en titel in vervaagd handschrift op de rug. Signatuur: 248.4  [0]210)

A. 53. PETRUS MORALES, In caput primum Matthæi. De Christo Domino, sanctissima virgine deipara Maria, veróque eius dolcissimo, & virginali sponso Iosepho, libri quinque, Lugduni sumptibus Horatii Cardon, 1614, fol., [xviii]+500 [=1000 kolommen]+[xl]p. [1]

(Een op Mattheus gebaseerde beschrijving van de jeugd van Jezus door de jezuïet Petrus Morales (1537/8-1614). Met fraai gegraveerd titelblad. De auteur werd in Spanje geboren en overleed in Mexico. In geblindstempelde bruine band, met gewreven platten. Klein gaatje in leer voorplat. Eerste en laatste bladen met vouwen. Middeleeuws manuscript gebruikt voor bindstroken. Signatuur: 225.7 en [01]79).

A. 54. ADRIANUS MANGOTIUS, GOUDANI, Monita sacra ex S. Scriptura & SS. patribus potissimum collecta, varijs in locis ad clerum & populum dicta, omnibus utilissima, pars tertia [IHS-merk], Antverpiae, apud Hieronymum Verdussen, P. & F. 1615, 8o, [xiv]+659+[xxvii]p. [4]

(Laatste deel van een driedeling werk van de Goudse jezuïet Adrianus Mangotius (1554-1629). Originele perkamenten band met overlappende platten en met titel in handschrift op de rug. Signatuur: PL XIV228015).

A. 55. DECRETA Congregationum generalium Societatis Iesu [IHS-merk] Romæ, in Collegio Romano eiusdem Societatis Anno Domini 1615, 8o, 560+[xxx]p. [11]

(Besluiten van de jezuïetenorde. In fraaie perkamenten band. Papier gespikkeld rood op snee. Originele spitselband met omslaand perkament; omkrullend aan de randen. Titel in oud handschrift op de rug. Signatuur 271 en PL.VI.1.852).

A. 56. PETRUS BESSAEUS, Conciones sive conceptus theologici ac prædicabiles in omnes totius anni, Tomus primus [DM], Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Kinchium sub Monocerote, anno 1617, 4o, [xiv]+676p. [3]

A. 57. PETRUS BESSAEUS, Conciones sive conceptus theologici ac prædicabiles in omnes totius anni, Tomus secundus [DM], Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Ioannis Kinchii, anno 1617, 4o, 399+[xx] p. [3]

PA. 58. ETRUS BESSAEUS, Conciones sive conceptus theologici ac prædicabiles. De præcipius Sanctorum Festivitatilius, Tomus tertius [DM], Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Ioannis Kinchii, anno 1617, 4o, [vii]+380+[xxii] p. [3]

A. 59. PETRUS BESSAEUS, Conciones sive conceptus theologici ac prædicabiles, de quatuor hominum novissimis, Tomus quartus [DM], Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Ioannis Kinchii, anno 1617, 4o, [vii]+305+[xii] p. [3]

A. 60. PETRUS BESSAEUS, Opuscula, quibus continentur I. Regale Sacerdotium II. Heraclitus Christianus III. Democritus Christianus. Sive conceptuum theologicorum, Tomus V. [DM] Coloniae Agrippinae, apud Ioannem Kinchium, sub Monocerote, anno 1618, 4o [3]

A. 61. PETRUS BESSAEUS, Conceptum theologicorum ac prædicabilum de sanctorum festivitatibus. Suppelementum [DM] Coloniae, apud Iohannem Kinchium, sub Monocerote, anno 1619, 4o, 548+[xii]p. [3]

(Zesdelige serie prekenbundels of homiletisch geschrift van Pierre de Besse (1657-1639). Hij was oratoriaan, theoloog en hofprediker van Lodewijk de XIIIe. Met fraai gegraveerde titelpagina in het eerste deel. Daarop in oud handschrift eigenaarsinschrijving: “ex libris Alberti Wuysthoff”. Ook op de titelpagina van het 5de deel. In een Haags boekje uit 1661 komt hij voor met een epigram en de aanduiding van doctor in de theologie. Dat deel in afzonderlijke, licht vervuilde originele geblindstempelde perkamenten band. Boekblok deels los van de rug. Delen twee, drie en vier in één band van perkament; rug los. Signatuur 251.4 PL. VII. 2.1035-1036); deel 5 plus supplement helaas verkocht via Catawiki, Signatuur 248.9).

A. 62. PETRUS CANISIUS, Opus catechisticum: sive summa doctrinæ christianæ præclaris divinæ scripturætestimoniis, solidisque sanctorum partum sententiis, ut numquàm anteà, sedulò illustrate, aucta & explicate, quemadmodum ex proxima præfatione constabit [Afb. Christus] Lutetiæ parisiorum, apud societatem typographorum Parisiensium, 1618, fol., [lxx]+969+[xli] p. [5]

(Een van de talrijke edities van de uiteenzetting over de christelijke leer van de Nijmeegse jezuïet Petrus Canisius (1521-1597), waarvan de eerste druk in 1555 verscheen. In beschadigde perkamenten omslagband, met vlek op voorplat. Perkament achterzijde los van karton; aan voorzijde is karton verdwenen. Boekblok gaaf. Signatuur: 253.7 [01]88 en Locus G10/C253.7).

A. 63. EDOYARD LEON MELLEMA, Den schat der Duytscher Tale, met de verklaringe in Fransois, van nieus grootelijcx vermeerdert, verciert ende verrijct met vele nieuwe woorden, spreucken ende sententien. Achter met een appendix veler woorden hunnen oorspronc hebbende van verscheyden talen. Tot behulp der onervarene inde Fransche tale zijn de letters die versweghen dienen onderteeckent met stipkens [orn.] Tot Rotterdam, by Jan van Waesberghe in de Fame 1618, 4o, [ongepagineerd] [13]

A. 64. LE GRAND DICTIONAIRE François-Flamen: Augmenté en ceste derniere edition d’une infinité de vocables, dictions & sentences tres-elegantes & necessaires: recueili des dictionaires les plus copieux. Item un abregé des lettres qui ne se prononçent point [orn.] A Rotterdam, chez Iean Waesbergue, à l’enseigne de la Fame, l’an 1618, 4o, [ongepagineerd] [13]

(Volledig, zeer zeldzaam woordenboek Vlaams-Nederlands-Frans. In Nederlandse bibliotheken slechts één volledig exemplaar bekend. Twee fraaie titelpagina’s met titelborduur. Tweede deel wordt gevolgd door zeevaart en navigatietermen en enkele pagina’s met conversatiezinnen. Met opdracht aan de magistraat van Rotterdam. Op eerste schutbladen enkele rekensommetjes en in oud handschrift “”Hypocrisis vultam sobrietats habet” [Hypocrisie heeft het gezicht van nuchterheid]. Op eerste titelblad eigendomsaantekening in de marge: “Cornelis Jansz Stolwijck”, mogelijk een schepen in het ambacht van Bodegraven in 1620. Andere eigendomsaantekening op titelblad doorgehaald. Enigszins vervuilde, originele perkamenten band. Papier in het begin aan de randen wat rafelig door veelvuldig gebruik. Gedeelte met boekenwurmgaatjes in de marge, zonder tekstverlies. Zonder signatuur)

A. 65. NICOLAS ORLANDIN, La vie du R.F. Pierre le Fevre, premier compagnon du B.P. Ignace de Loyola fondateur de la compagnie de Iesus [Afb.]A Bordeaus, par Simon Millange simprimeur ordinaire du Roy, 1618, 8o, [vii]+166+[iv] [8]

(Niccolò Orlandini (1553-1606) was een Italiaanse jezuïet en historicus. Hij werkte in Napels en ging daarna naar Rome, waar hij gevraagd werd de geschiedenis van de jezuïeten te beschrijven. Dit is een van de producten daarvan. Met kleine houtsnede van Golgotha op titelpagina. In originele perkamenten spitselband. Rug vlekkerig. Middeleeuwse bindstroken zichtbaar. Rood gestippeld op snee. Signatuur: 922 [0]387)

A. 66. PETRUS ANTONIUS SPINELLO, Maria Deipara thronus Dei, de virginis beatissimæ Mariæ laudibus præclarissimis [HIS-merk] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Gymnicum Monocerote anno 1619, 4o, 861p. [9]

(Lofredes op Maria. De auteur was jezuïet. In originele bruinleren band met goudornament op voorplat en goudornamenten op de rug. Met fraaie gravure van Maria en Jezuskind. Verkocht op Catawiki. Zonder signatuur)

A. 67. IOANNIS LORINI, Commentarii in librum psalmorum. Tribus tomis comprehensi. Editio postrema quæ nunc primum in Germania lucem videt [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Antonii Hierati, sub signo Gryphi, anno 1619, gr. fol., [xxxvi]+882+[xxxvi]p. [1]

(Psalmencommentaar van de jezuïet Jean de Lorini (1559-1634). In gave spitselband van omslaand perkament, met delen van sluitleertjes. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Fraai groot drukkersmerk, waarin Vrouwe Fortuna figureert. In voorste deel lichte vochtvlek. Zonder signatuur)

A. 68. ABRAHAM MELLENIUS, Eerste deel van het groot recht-ghevoelende Christen Martelaers-Boeck: ghenoechsaem vervatende een kerckelijcke historie van den opgangh, voortgangh, en ondergangh der vervolgingen: ende tusschen beyden de exempelen der vromer martelaren, als oock eeniger voorneemster confessoren en reformateuren: wt welcker belijdenissen teghens die van het pausdom blijckt de personele successie onser gereformeerde christelijcke religie. Ende daer naer, de rechtveerdige oordeelen Gods over de tyrannendie Gods kercke vervolght hebben. Ende ten laetsten, hoe verde de staet der kercke Christi in leere, ceremonien en leven van de geboorte onses Salighmakers af, van eeuwe tot eeuwe tot het jaer 1520 toe vervallen is. Door Abrahamum Mellinum van Vlissingen, dienaer des H. Evangelij in S. Anthonis Polder, Tot Dordrecht, gedruckt by Isaack Jansz Canin en Jan Evertsz Cloppenburgh tot Amstelredam, an. 1619, fol., 632[=1264]+92p. [6]

(Reusachtig gereformeerd martelaarsboek, waarvan alleen dit eerste deel verscheen, lopend tot 1522. Met talrijke gravures van martelaren en hun marteldood. In originele perkamenten band met op de rug in oud handschrift “Geus Martela. Bouck”. Onderaan register in oud handschrift: “M. Cuijl (Cuijs?) heeft dit geren een ende”. Ingeplakt blaadje: “In bruikleen afgestaan door de Parochiekerk van Haastrecht”. Titelblad met randgravure. Hele werk met vochtringen. Zonder signatuur).

A. 69. DANIEL HOCHEDE DE LA VIGNE, Le moine confus. C’est à dire refutation de F. Louis du chasteau moine Liegeois. Luy remonstrant les impietez, pareillement les estranges discords, les borribles scismes, & crüelles guerres de l’Eglise papale. Au contraire l’harmonie & bon accord de l’Eglise Reformée, qui non obstant les troubles survenües es Provences unies du Pays bas, est, & demeure la vraye Eglise de Dieu: ayant bien faict de remedier aux dictes troubles par le Synode National de Dordrecht. Le tout contre son escrit intitule. La Religion pretendüe des Provinces Belgiques, des-unie [Orn.] A Dordrecht, par Theodore de Vreeswijck, pour Zacharias Iochims & Françoys Boels, 1621, 8o, [xv]+627+[xxviii]p. [12]

(Zeer zeldzaam werk van Daniel I.F. Hochedaeus de la Vigne (1586-1628). Niet in STCN. Hij was vanaf 1611 Waals predikant in Dordrecht. De titel luidt, vertaald: ‘De verwarde monnik’ en het boek is bedoeld als antwoord op pater Louis du Chasteau, provinciaal van de minderbroeders en woonachtig op het ‘monnikenkasteel’ in Luik (het minderbroederklooster). Die schreef La Religion pretendue des Provinces Belgiques unies, desunie (Luik 1619). Vanaf p. 490 bv. de kwestie Vorstius, beoogd opvolger van Arminius in Leiden. Zijn benoeming ging na bemoeienis van de Engelse koning niet door wegens verdenking van socinianisme, waarop hij zich in Gouda vestigde om zich te verdedigen. In originele spitselband met omslaand perkament, dat aan de binnenzijde omgekruld is. Rood op snee. Binnenwerk gaaf. Zonder signatuur).

A. 70. JOHANNES PALUDANUS, Vindiciæ theologicæ adversus Verbi Dei corruptelas, pars II, Antverpiæ, apud Henricum Aertssium anno 1622, 8o, [iv]+462+[x] p. [1]

(Paludanus (1565-1630) was hoogleraar in de letteren te Leuven en plebaan van de St. Petrus aldaar. Het eerste deel van dit werk verscheen in 1620 bij dezelfde drukker. Met gegraveerde titelpagina, met de oude en de nieuwe wet. In spitselband met omslaand perkament; delen van sluitleertjes. Titel in oud handschrift op licht vervuilde rug: “Vindiciæ Pars II”. Wormsleufje in onderste marge. Zonder signatuur).

A. 71. DIONYSIUS MUDZAERT, De kerckelycke historie van de gheboorte onses Heeren Iesu Christi tot het tegenwoordich iaer 1622. In houdende den oorspronck, het vervolgh ende den tegenwoordighen standt der H.R. Kercke: de successie der pausen, den opganck ende val der ketteren, d’outheyt des geloofs in onse Nederlanden; midsgaders de heylighen daer, Tot Antwerpen, by Hueronymus Verdussen, in de Kanerstrate in den Rooden Leeuw, 1622, gr. fol., [viii]+694+743+[xx] p. [8]

(In twee delen. Tweede deel kent geen afzonderlijke titelpagina. De titelpagina vermeldt dat de in Tilburg geboren Mudzaert (1580-1635) “religieus-canonick van O.L.Vrouwe te Tongerloo der Ordre van de Premonstreyt” is. Eerder werkte hij lang als proost in Breda. Fraai gegraveerde titelpagina naar een ontwerp van Peter Paul Rubens, gestoken door Ioannes Collaert. In originele perkamenten band, met delen van sluitleertjes. Bovenste en onderste deel van de rug afgebrokkeld; boekblok gaaf, op enkele vlekken en rafeligheid aan het eind na. Zonder signatuur)

A. 72. C. B. P. S. TRS R.O.M. P.G. inf. [JACOB TYRAS], Strydende, over-winnende ende tryumpherende waerheyt in alle principale punten der eendrachtighe heylighe catholijcke apostolische kercke, raeckende een cort begryp des geestelijcken levens, tegen alle ongelovige eygenzinde, als ioden, mennonisten, lutherianen, vry-gheesten, arminianen, besonder tegens de twee vernaemste D. S. ende S. L. ende eenen twistmaker, valschen ontdecker des pausdoms, [IHS-merk] Tot Antwerpen, voor Balthasar Moretus, 1625, 8o, 190fol. [=380p]+[v]p. [12]

(Polemisch werk, door Van Gennep toegeschreven aan de franciscaan Jacob Tyras. Het boekje riep een reactie op van de remonstrantse predikant Dominicus Sapma, onder de titel Paepsche triumpherende waerheydt: Uyt-ghegheven door eenen pater Iacobus Minnebroer, onder den tijtel van, Strijdende, overwinnende ende triumpherende waerheydt. In originele, vervuilde perkamenten omslaande band. Titel in oud handschrift op de rug. Middeleeuwse bindstroken. Gedichtje in drie coupletten in oud handschrift op het tweede schutblad. Signatuur: A239 [0]15).

A. 73. LEONARDUS LESSIUS, Opuscula: quibus pleraque sacræ theologiæ mysteria explicantur, & vitæ recté instituendæ præcepta traduntur. Ab ipso auctore, paullò ante mortem, variè aucta & recensita [IHS-merk] Antverpiæ ex officina Plantiniana, apud Balthasarem Moretum, & Viduam Ioannis Moreti, & Io. Meursium 1626, fol., [v]+911+[xxxv] p. [1]

(Verzameld werk van Leonardus Lessius (Lenaert Leys, 1554-1623), Zuid-Nederlands theoloog van de Sociëteit van Jezus (jezuïet) en adviseur van de aartshertogen Albrecht en Isabella. Met paginagroot portret van deze Leuvense hoogleraar. In originele band met omslaand perkament. Delen van sluitlinten. Titel in vaag oud handschrift op de rug. Op schutblad ingeplakt briefje met de tekst “In bruikleen afgestaan door de Parochiekerk van Haastrecht”. Signatuur: Locus B9)

A. 74. IAN VAN GORCUM, Troost der siecken, oft bereydinge tot een saligh sterven. Den derden druck , wederom op nieue oversien ende verbetert [afb.] t’sHertogenbossche, by Jan Scheffer woonende in de Kerckstraet in den goeden Herder, 1626, 8o, 367+[v]p. [4]

(Op de titelpagina houtsnede van iemand op het sterfbed. De eerste druk van dit werk verscheen bij dezelfde drukker in 1614. De tweede in 1617. Priester uit Den Bosch, die opgroeide in protestants milieu. Hij schreef diverse godsdienstige, ascetische boeken. Hij overleed in 1628 en werd begraven in het clarissenklooster in Den Bosch. In origineel perkamenten bandje, met vervaagd in oud handschrift de titel op de rug. Rug wat vervuild en iets los van het boekblok. Met eigendomskenmerk: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: Locus 196 [0]244)

A. 75. VALENTINUS BISSCHOP, Lof der suyverheydt. Het Derde Boeck. Inhoudende de gheestelijcke oeffeningen ende regel der Maechden, t’Antwerpen by Joan Cnobbaert, 1627, 8o, 554+[x] p. [10]

(Zogeheten kloppenboek met leefregels voor geestelijke dochters. De auteur is een jezuïetenpater. Mist titelpagina. Stukgelezen, waardoor rug is gebroken en originele perkamenten bandje beduimeld is. Signatuur: 248.3 PL.III 7.522 en Locus L248.3).

A. 76. IOANNIS OWEN, Epigrammatum Ioannis Owen Cambro-Brittanni, Oxoniensis. Editio Postrema [Orn.] Lugd. Bat. Ex officina Elzeviriana, anno 1628, 24o, p. 5-199. [14]

(John Owen (ca.1564-1622) was in heel Europa bekend om zijn puntdichten (epigrammen). Titelpagina en voorwerk ontbreken. In origineel perkamenten spitselbandje met één (van twee) koperen boekklampen. Boekje wat kromgetrokken. Op schutblad eigendomsaantekening: “ex bibliotheca ecclesia Haastrecht”. Ingeplakt briefje: “In bruikleen afgestaan door de Parochiekerk van Haastrecht”. Signatuur: 871-7 en [0]229; laatstgenoemd signatuur staat alleen op het bruikleenbriefje).

A. 77. ANTONIO FERNANDES, Examen theologiæ moralis medullam omnium casuum conscientiæ complectens [DM-IHS] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Petri Henningij, anno 1628, 8o, [xv]+1000+[xix]+63p. [1]

A. 78. CAROLUS BORROMAEUS, Tractatus Aureus administrandi sacrametum [DM] Coloniæ Agrippinæ, apud Petrum Henningium, anno 1628, 8o, 37p. [1]

(Het eerste werk is een vierdelig moraaltheologisch werk uit Portugal, dat zeer populair was onder geestelijken over de hele wereld en vaak in het buitenland werd herdrukt. Het eerste deel gaat over liefde voor God en de naaste en de Tien Geboden; het tweede over de vijf geboden van de Kerk en van kerkelijke censuur en straffen; het derde gaat over de zeven sacramenten; het vierde deel behandelt de vragen van zondaars uit verschillende sociale lagen, gerangschikt in alfabetische volgorde, en ten slotte de werken van Barmhartigheid. António Fernandes de Moure werd geboren in Braga en overleed in 1646. Het meegebonden werkje is van de hand van Borromaeus (1538-1684), een heilig verklaarde Italiaans kardinaal en aartsbisschop van Milaan met voorliefde voor architectuur. In stevige bruinleren band, met lichte beschadigingen onderaan. Zonder signatuur).

A. 79. WOLFGANG SIGISMUND A VORBURG, Aurea rudimenta et paratitla universi iuris canonici seu ecclesiastici: In octo classes distributa iuxta vulgatam seriem libror. & titulor. iuris canonici: deducta & desumpta ab ipsa ecclesia primitive […] Ex corpore iuris canon. trismegisto canonicali, Navarro, Azorio, Molina, Sa, Filliucio, Reginaldo, Lessio, Becano, Laymanno, Lancelotto, Rebuffo, Covarruvia, Venatorio, Canisio, Gaillio, Alciato, Everhardo, Vigelio, Wamesio, utroq[ue] Chokier, Peckio, Brantio, Pelsio, & similib., Asschaffenburgi, typis Querini Bozeri, anno 1629, 8o, [xiii]+721p. [11]

(Acht uiteenzettingen over het canoniek recht van deze uit Voorburg afkomstige, maar in het Duitse Aschaffenburg werkende rechtsgeleerde, die leefde van ca. 1594 tot 1645. In originele perkamenten spitselband, waarvan het perkament aan de linkeronderzijde van het voorplat licht omgekruld is. Titelpagina in rood en zwart. Eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht) op titelblad. Zonder signatuur).

A. 80. PETRUS RIBADINEIRA, HERIBERTUS ROSWEYDUS, Generale legende der heylighen met het leven Iesu Christi ende Marie. Vergadert wt de H. Schrifture, Oude Vaders, ende Registers der H. Kercke, T’Antwerpen by Hieronymus Verdussen in de Camerstraet inden rooden Leeuw, 1629, gr. fol., [xxx]+792p. [6]

A. 81. PETRUS RIBADINEIRA, HERIBERTUS ROSWEYDUS, Idem, Het tweede deel, fol. [vi]+728+[xxvii]p. [6]

(Reusachtig foliant met heiligenlevens, geschreven door de Spanjaard Peterus Ribardineira (1526-1611), jezuïet en biograaf van Ignatius van Loyala, en de uit Utrecht afkomstige en in Antwerpen werkzame jezuïet Heribert Rosweyde (1569-1629). De eerste druk verscheen in 1619. Fraaie titelgravure, paginagrote gravures van Jezus en Maria en per maand mini-afbeeldingen van alle beschreven heiligen. Laatste deel met kleine vlek in de rechter bovenhoek; buiten de tekst. Eigenaarsinschrijving voorin : ‘Dit boeck hoort toe Heijndrick Adriense Benschop’. Hendrick Ariensz Benschop trouwde op 30-1-1674 te Oudewater met Brechge Willems, woonachtig in Hoenkoop. Hij was in 1680 burgemeester van Oudewater. Op achterste schutblad Gerrit Willemsz. Mogelijk is dit Gerrit Willemsz Stolwijck, geboren in 1724 in Hoenkoop, gedoopt in Oudewater en overleden in 1798 in Haastrecht. Reuzefoliant met originele bruinleren band, voorzien van drie (van vier) koperen hoekstukken en middenstuk op voor- en achterzijde; twee boekklampen van koper, waarvan er een grotendeels is verdwenen. Voorplat gebroken en leer ingescheurd. Zonder signatuur).

A. 82. GUILLELMUS PEPIN, Conciones de immitatione sanctorum, pro illorum diebus, qui toto anno in ecclesia celebrantur. Ex quorum lectione non modo verbi Dei predicatores, verum-etiam sacræ theologiæ, & sacrorum canonum professores, animarumque curæ præpositi, admirabilem utilitatem sibi, & alijs proferent, & spiritualem profectum sentient [DM-IHS] Coloniæ, apud Ioannem Gymnicum, sub Monocerote, anno 1630, 4o, [xiv]+632+[iv] p. [3]

(Preken over de navolging van de heiligen, voor de dagen die het hele jaar door in de kerk worden gevierd. Pepin (ca. 1465-1533) was een dominicaner monnik uit Frankrijk en een begenadigd prediker. Hij studeerde aan de Sorbonne en was in brede kring bekend om zijn advents- en vastengebeden en om zijn commentaar op Genesis. In gave perkamenten band, met auteursnaam en titel in oud handschrift op de rug. Sporen van sluitlinten. Binnenwerk gebruind. Zonder signatuur).

A. 83. GUILLELMUS PEPIN, Conciones ad sacros Evangeliorum sensus explicandos. Pars Quadragesimalis […] [DM-IHS] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Gymnicum, sub Monocerote, anno 1630, 4o, [xi]+508+[iv] p. [3]

(Preken om de heilige betekenis van de evangeliën uit te leggen. Onderdeel van de vastentijd. In gave perkamenten band, met auteursnaam en titel in oud handschrift op de rug. Sporen van sluitlinten. Binnenwerk gebruind. Zonder signatuur).

A. 84. ALPHONSO RODERICIO, Exercitium perfectionis et virtutum christianarum [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Kinckium sub Monocerote, anno 1631, 4o, [xv]+415p. [4]

A. 85. ALPHONSO RODERICIO, Exercitium perfectionis et virtutum christianarum, pars secunda, in qua de exercitio aliquarum virtutum, omnibus Deo seruire volentibus necessarium tractatur [IHS] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Ioannis Kinckii sub Monocerote, anno 1631, 4o, 391p. [4]

A. 86. ALPHONSO RODERICIO, Exercitium perfectionis et virtutum religiosarum, pars tertia, agit hæc de virtutum ad statum religiosum spectantium exercitio, & rebus alijs ad perfectionem consequendam mire conducentibus [IHS] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Kinckium sub signo Monocerote, anno 1631, 4o, 334+[xii] p. [4]

(Drie werken van de jezuïet Alphonsus Rodriquez (1533-1617) in één band, vertaald door Matthiae Martinez. In gave band met omslaand perkament en resten van sluitleertjes. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 87. LODOVICUS BLOSIUS, Opera. Cura et studio R.D. Antonii de Winghe, aucta, ornata, et illustrata [Antverpiæ, ex officina Plantiniana Balthasaris Moriti, 1632, fol., [ciii]+820+[lxviii] p. [1]

(Antwerpse editie van de vaak herdrukte werken van François-Louis de Blois of Blosius (1506-1566). Met fraaie frontispice, tevens titelblad. Achterin groot drukkersmerk met de gulden passer van Plantijn. Blosius werd page van de aartshertog Clares (later keizer Karel V) maar trad toe tot de benedictijner abdij van Liessies toen hij veertien jaar was. Terwijl hij nog een novice was, werd hij naar de universiteit van Leuven gestudeerd, vanwaar hij in 1527 werd teruggeroepen om coadjutor te worden van de abt, Gilles Gippus. Deze benoeming werd bevestigd door een bul van paus Paulus III. Drie jaar later, in 1530, volgde hij Gippus op als 34ste abt van Liessies , en ontving in hetzelfde jaar de wijding en de abtszegen. Zijn eerste zorg in de abdij was het ontwikkelen van een echte monastieke geest en strikte discipline. Hij had zich nauwelijks tot het hervormingswerk gewend toen Vlaanderen werd ondergedompeld in oorlog vanwege de invasie door Frans I van Frankrijk, die plaatsvond in 1537. Liessies, aan de grens, werd daardoor een onveilige woonplaats en Blosius verhuisd naar de priorij van Ath. Toen een terugkeer naar Liessies in 1545 mogelijk werd, werd de hervorming aanvaard door degenen die daar waren gebleven en werd bevestigd door een bul van paus Paulus III. Blosius begon vervolgens met een restauratie en uitbreiding van de abdijgebouwen, die pas voltooid waren na zijn dood. In 1556 bood Karel V hem het aartsbisdom van Kamerijk en de abdij van Doornik aan, die hij beide weigerde om te Liessies te kunnen blijven. Hij was een ijverig student, vooral van de Schrift, de werken van de kerkvaders en de mystieke schrijvers van de veertiende eeuw. In spitselband van omslaand perkament met sporen van sluitlinten. Perkament aan de randen licht omgekruld. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Op titelblad in oud handschrift eigenaarskenmerk: ‘Soc. J. Haestrecht’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: Locus B10).

A. 88. MATHIAS NAVEUS, Catechesis de sacramentorum institutione, confessione sacramentali, extrema-unctione et matrimonio, […] Accedunt annotations aliquæ theologicæ [DM] Duaci, ex typographia Baltazaris Belleri, sub Circino aureo, anno 1633, 8o, [xiii]+300+[xxvii]p. [5]

(Catechismus, gedrukt in Douai, waar de auteur pastoor en kanunnik was. De drukker gebruikt hetzelfde drukkersmerk als Plantijn in Antwerpen en noemde zijn drukkerij “in de gulden passer”. In originele perkamenten band, met auteursnaam vervaagd in oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 89. A[UGERIUS] GISLENIUS BUSBEQUIUS, Omnia quae extant, Lugd[uno] Batavorum ex Officina Elzeviriana, anno 1633, 24o, 575+[xxiii]p. [14]

(Ogier Ghislain de Busbecq (1522-1592), gezant van keizer Ferdinand I aan het Turkse hof van sultan Süleyman de Grote. In dit boekje de vier lange Latijnse brieven over dit gezantschap. Eigendomskenmerk op titelblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Spitselbandje met overslaand perkament. Bindstroken van oud manuscript. Auteursnaam in oud vervaagd handschrift op de rug. Rood op snee. Signatuur: 940 en [0]244)

A. 90. COMPENDIUM vitæ sanctorum [Antwerpen by Jan Knobbaert, 1633], 12o, p.363-713+[xx] p. [6]

(Tweede deel van een verzameling heiligenlevens, in 1633 uitgegeven met consent van censor Gaspar Estrix. In origineel perkamenten bandje, het eerste met sporen van sluitlinten. Vervuilde rug. Titelblad ontbreekt Locus 922 en [0]239)

A. 91. CHRISTIAN MAYER, Enchiridion industriarum, præcipuas vitæ piæ ac religiosæ exercitationes, quæ quodlibet die occurrunt perfecte obeundi [DM] Colonæ, In officina Birckmannica sumptibus Hermanni Mylii anno 1634, 12o, [xxx]+824+[2] p. [4]

(De auteur was jezuïet. Eerste druk. Met voorwoord van de drukker Hermannus Mylius en uitvouwbaar zondenregister. In gaaf perkamenten spitselbandje, waarvan de rug wat vervuild is. Titel in handschrift op de rug vervaagd. Titelblad aan de rechterzijde rafelig. Met eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: 248.4 [0]211; Klk-P2; SJH).

A. 92. BARTHOLOMEUS GAVANTUS, Thesaurus sacrorum rituum seu commentaria in rubricas missalis et breviarii Romani, tomus primus [Afbeelding] Antverpiæ ex officina Plantiniana Balthasaris Moreti 1634, 4o [4]

A. 93. BARTHOLOMEUS GAVANTUS, Thesaurus sacrorum rituum seu commentaria in rubricas breviarii Romani Clementis VIII et Urbani VIII, tomus secundus [Afbeelding] Antverpiæ ex officina Plantiniana Balthasaris Moreti 1634, 4o, 359p. [4]

(Gavantus (Gavanti, Gavanto 1569-1638) was barnabiet (generaal van de orde) van de Regulieren in Rome. In originele perkamenten band met titel in oud handschrift op de rug. Drukkersmerk met de gulden passer op de laatste pagina. Eigendomskenmerk ‘S.J.H’ (jezuïeten Haastrecht) op titelblad Verkocht via Catawiki).

A. 94. PAULUS LAYMANN, Theologia moralis, in quinque libros distribute. Editio tertia, Antverpiæ, prostat apud Iohannem Meursium, anno 1634, gr.fol., [xii]+1010+198p. [1]

(Laymann (1574-1634) was een Oostenrijkse jezuïet, geboren in Innsbruck, die in 1594 tot de orde toetrad. Hij doceerde filosofie aan de universiteit van Ingolstadt, München en Dillingen en schreef in totaal vijf delen over moraaltheologie. Met fraaie frontispice. Reusachtige foliant, in originele -geblindstempelde – perkamenten band; aan de uiteinden omgekruld. Delen van sluitlinten. Eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht) op titelblad. Signatuur: Locus B9).

A. 95. CHRISTIAN MAYER, Diarium meditationum, de præcipuis vitæ Christi mysteriis: divinis beneficiis, attributis: B. Virginis, & sanctorum festis & virtutibus. In singles anni dies ecclesiastico tempori congruenter digestarum, omnibus mentalis orationis, & christianæ perfectionis stadiosis peracommodum [DM-IHS-teken] Colonæ Agrippinnæ, In officina Birckmannica sumptibus Hermanni Mylii, 1635, 12o, [lxiv]+628p. [9]

(Mayer, geboren in 1584 in Mengelrode bij Eisfelt, was een jezuïet die woonde in Keulen. Hij overleed in 1631. Eerste druk van dit handboek voor een vroom leven In originele omslaande perkamenten band. Rug vuil en aan onderkant licht beschadigd. Laatste bladzijden met wormgaatjes, zonder tekstverlies. Met eigendomskenmerk: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: M242 [0]117).

A. 96. RAYMONDUS CARONUS HIEBERNO, Roma triumphans septicollis, qua nova hactenus, et insolita method comparative: toto fides Romano-Catholica clarissime demonstretur: atque infidelium omnium argumenta diluvantur [Orn.], Antverpiæ, apud viduam Ioanni Cnobari, anno 1635, 8o, [xiv]+528+[xvi] p. [12]

A. 97. RAYMONDUS CARONUS, Apostolatus evangelicus missionariorum regularium per universum mundumexpositus [afb. Maria met kind] Apud viduam Ion. Cnobari, 1633, 8o, [xii]+248+[viii] p. [12]

(Polemisch werk tegen ‘ongelovigen’, geschreven door de Ierse franciscaan of minderbroeder en orde-overste Raymon Caron (1605-1666). Gevolgd door een twee jaar eerder gedrukt werkje van dezelfde auteur over het evangelische apostolaat van reguliere missionarissen over de hele wereld In gaaf omslaand spitselbandje van perkament. Auteursnaam in oud handschrift op de rug. Pagina 1 en registerblad los. Signatuur: 239 en [0]11).

A. 98. MARTINI BRESSER BOXTELLANI, Theologi de conscientia. Libri sex. Ad omnigenas dirigendas idonei, Antverpiæ apud viduam Ioannis Cnobbari, anno 1638, 4o, [xx]+742+[xxxviii] p. [1]

(Bresser (ca. 1587-1635) was een uit Boxtel afkomstige jezuïet, die theologie doceerde in Leuven en Brugge. In gave perkamenten spitselband. Fraai titelgravure. Titel in oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 99. WILLEM GERMAIN LAMORMAINI, Ferdinand II Romanorum imperatoris virtutes [DM] Antverpiæ, apud Ioannem Meursium, anno 1638, 8o, 196+[iv] p. [8]

(Larmormaini (1570-1648) was een Luxemburgse jezuïet, onder Ferdinand II betrokken bij de contrareformatie. Hij was van 1624 tot 1637 ook biechtvader van de keizer. Dit werkje is een lofzang op de deugden van de keizer. Op titelpagina eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In omslaand perkamenten bandje met enkele kleine vlekken. Signatuur 940 en [0]245).

A. 100. JEREMIAS DREXELIUS, Avrifodina artium et scientiarum omnium; excerpendi sollertia, omnibus litterarum amantibus monstrata, Antverpiæ apud viduam Ioannis Cnobbaert, anno 1638, 16o, [xviii]+294+[ii] p. [14]

(De Duitse jezuïet Jeremias Drexelius (1581-1638) over keuzes op het vlak van kunst, literatuur en wetenschap. Eigendomskenmerk op titelblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In origineel perkamenten spitselbandje. Op de rug de titel en naam van de auteur: “Drexely, Afrivod”. Rood op snee. Signatuur: 930.2 en [0]242)

A. 101. JEREMIAS DREXELIUS, Deliciarum gentis humanæ, pars III. Christus Iesus resurgens, Antverpiæ, typis vidua Iohannis Cnobbaert, 1639, 16o, [x]+411p. [14]

(Jeremias Drexelius (1581-1638) was een in Augsburg geboren jezuïet, hoogleraar geesteswetenschappen en retorica en schrijver van devote geschriften. Hij diende in München 23 jaar als hofprediker bij Maximiliaan I, keurvorst van Beieren en zijn vrouw Elisabeth van Lotharingen. Dit boekje, dat een jaar na zijn overlijden verscheen, wordt op de titelpagina ook aan hen opgedragen. Eigendomskenmerk op titelblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Perkamenten spitselbandje. Titel in vervaagd oud handschrift op aan bovenzijde vervuilde de rug. Signatuur: 242. 232.33 en [0]197 en volgende schutblad Locus N1).

A. 102. IEAN BAPTISTE SAINCT-IVRE, De la connoissance et de l’amour du fils de Dieu nostre seigneur Iesus-Christ, divise en quatre livres. Où i lest traité des vertus principales & des poincts plus important de la vie spirituelle, Tome I. contenant le premier et second livre [DM] A Douay, chez Iean Servrier à l’enseigne de la Salemandre, 1639, 8o, [xiv]+499+[xxxvii]p. [9]

(Eerste deel van een spiritueel werk van Sainct-Ivre, lid van de jezuïetenorde. In gaaf perkamenten spitselbandje, met licht omgekrulde omslaande rand. Signatuur: S. 248.15 en PL4.7.715).

A. 103. HENRICUS ADRIANI, Catholycke sermoonen op alle de Epistelen ende Evangelien vande sondagen ende heylige daghen vanden gheheelen jare, t’Antwerpen by Hieronymus Verdussen inde thien Geboden 1639, fol., [v]+857+[iii] p. [4]

A. 104. HENRICUS ADRIANI, Catholycke sermoonen oft verklaringhen op alle de Epistelen ende Evangelien van den sondagen van den gheheelen vasten, t’samen vergadert, uyt verscheyden leeraers der catholijcker kercken, naer den eysch van desen teghenwoordighen wanckelbaren tijt, ende tot voorderinge, stichtinge en onderwijs van alle catholijcke devote christen menschen int licht gebracht [IHS-teken] t’Antwerpen by Hieronymus Verdussen, op de Cammer[straet ] 1628, fol. [i]+306p. [4]

(De auteur is volgens vermelding op het titelblad: “Priester ende pastoor van S. Elizabetten Gast-huys binnen Antwerpen”. Eerste editie van eerstgenoemd werk stamt uit 1599. In sleetse bruinleren band, met koperen hoekstukken en middenstuk. Eén functionerende koperen boekklamp; andere ontbreekt. Band los van rug. Titelblad en eerste bladen los en rafelig. Slordig exemplaar. Zonder signatuur).

A. 105. CLAUDE MYDORGE, Examen du livre des recreations mathematiques: et de des problems en geometrie, mechanique, optique, & catoptrique. Où sont aussi discutees & restablies plusieurs experiences physiques y proposes [DM] A Rouen, chez Charles Osmont, en la grand rue des Carmes, 1639, 8o, [xii]+280p. [14]

A. 106. CLAUDE MYDORGE, La seconde partie des recreations mathematiques. Composee de plusieurs problemes plaisans & facetieux en faict d’d’arithmatique, geometrie, astrologie, optique, perspective, mechanique & chymie, & autres rares secrets non encore veus, ny mis en Lumiere [DM] A Rouen, chez Charles Osmont, demeurant en la grand rue, devant les Carmes, 1639, 8o, 106+[x]p. [14]

A. 107. D.H.P.E.M., Notes sur les recreations mathematiques: en la fin de divers problemes, servant à l’intelligence des choses difficiles & obscures [DM] A Rouen, en la grand rue des Carmes, 1639, 8o, 39p. [14]

(Puntgaaf, met ongeveer tachtig houtsneden geïllustreerd boekje met wis- en natuurkundige raadsels. Drie delen in één originele perkamenten spitselband. Handgeschreven titel op rug (“Recreations math”). Derde druk, Het betreft een commentaar door Claude Mydorge (1585-1647) – een vriend van Descartes – van de Recreations mathematiques van Jean Lerechon, jezuïet, gepubliceerd in 1624 in Pont-à-Mousson onder het pseudoniem H. Van Etten. Het tweede deel, dat een aparte titel heeft, bevat “aangename en grappige” problemen in rekenen, meetkunde, astrologie, perspectief, enz. Het boekje bevat nog een “derde deel”, dat in feite een belangrijk hoofdstuk is over vuurwerk, versierd met twaalf houtsneden in de tekst. Dit laatste deel staat op naam van D.H.P.E.M., achter welke initialen Denis Henrion, hoogleraar wiskunde, schuilgaat. Henrion is vooral bekend vanwege het schrijven van een van de eerste verhandelingen over logaritmen. Via hun actieve missioneringswerk in China kwamen ook de jezuïeten in aanraking met vuurwerk, wat wellicht verklaart waarom dit boekje in hun bibliotheek is aan te treffen. Zonder signatuur; wel aanduiding P9 en Locus-stempeltje).

A. 108. [JACOBUS MARCHANTUS], Vitis florigeræ pars altera de festis sanctorum, qui nonnullis in ecclesiis speciali devotione coluntur, Tomus II [Orn.] Parisiis, sumptibus Michaelis Soly, viâ Iacobæâ sub signo Phœnicis, 1640, 8o, 429+[xl] p. [6]

(Tweede deel van een werk over ‘de bloeiende wijnstok van de feestdagen der heiligen’. Marchantus (1537–1609) was een Vlaming, vooral bekend als historicus In originele, wat vlekkerige band met omslaand perkament en restanten van sluitleertjes. Exlibris op schutblad doorgehaald en naast drukkersmerk onleesbaar. Zonder signatuur).

A. 109. HUGO GROTIUS, De veritate religionis christianæ. Editio nova, additis annotationibus, in quibus testimonia, [DM] Lugduni Batavorum, ex officina Iohannis Maire, 1640, 8o, [viii]+327p. [12]

A. 110. HUGO GROTIUS, Annotationis ad libros De veritate religionis christianæ, [DM] Lugduni Batavorum, ex officina Iohannis Maire, 1640, 8o, [vii]+372p. [12]

(Geannoteerde heruitgave van het bekende werk van Hugo de Groot over de ware godsdienst. In origineel perkamenten spitselbandje. Titel en jaartal 1640 in oud handschrift op de rug. Het gedeelte met de annotaties heeft een eigen titelpagina en nummering. Gaaf exemplaar. Eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht) op titelpagina. Signatuur: Locus P1 en 21[0]239)

A. 111. THOMAS COURTOIS, De vita, et moribus R.P. Leonardi Lesii e Societate Iesu Theologi. Liber. Ad utramque provinciam Societatis Iesu per Belgium jubilæum anno seculari suo celebrantem. Unâ cum divinarum perfectionum opusculo. Cura & sumptibus, Bruxellæ, apud Godefredum Schovartium, 1640, 8o, [xiii]+230+[ii] p. [8]

A. 112. LEONARDUS LESSIUS, Quinquaginta nomina Dei seu divinarum perfectionum compendiaria exposito.  Ad mentem sursum elevandam & maximarum virtutum actus facili modo excitandos, Brurellæ [sic], apud Goedefredum Schovartium, 1640, 8o, [ii]+161+[ii]p. [1]

(Over het leven en karakter van Leonardus Lessius (Lenaert Leys, 1554-1623), Zuid-Nederlands theoloog van de Sociëteit van Jezus (jezuïet) en adviseur van de aartshertogen Albrecht en Isabella. Opgedragen aan elke provincie van de Sociëteit van Jezus in België die zijn jubileum viert. Samen gebonden met zijn bekende gulden (gouden) boekje over de vijftig namen Gods betreffende de goddelijke volmaaktheden. Dit boekje schreef Lessius op zijn sterfbed. In fraaie perkamenten spitselband; met titel in oud handschrift op de rug. Frontispice los. Daarop wordt de drukker overigens Schoevartius genoemd. Op laatste schutblad uitvoerige Latijnse aantekeningen in oud handschrift. Eigendomskenmerk op schutblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). Signatuur: [0]388 en Locus D1; C922).

A. 113. THOMAS VAN AQUINO, Summa totius theologiæ, Primæ partis [DM] Coloniæ agrippinæ, sumpribus Cornelii ab Egmond & sociorum 1640, fol., [xvi]+372p. [1]

A. 114. THOMAS VAN AQUINO, Summa totius theologiæ, Prima secundæ partis [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumpribus Cornelii ab Egmond & sociorum 1639, fol., [vii]+372p. [1]

A. 115. THOMAS VAN AQUINO, Summa totius theologiæ, Secunda secundæ partis [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumpribus Cornelii ab Egmond & sociorum 1639, fol. [ongepagineerd register] [1]

(Drie delen van het verzamelde werk van Thomas van Aquino. Met bibliotheekstempels Passionistenklooster Haastrecht. In handen van de Provinciaal van de orde overgegaan)

A. 116. GAUGERICO LESPAGNOL, Medicus animæ, sive de cura spirituali infirmorum [orn.] Duaci, typis viduæ Marci Wyon, sub signo Phœnicis, 1641, 8o, [xii]+200+290p. [4]

(“Een arts van de ziel, of van de geestelijke verzorging van zieken”. De auteur was presbyter van de oratorianen in Douai. In originele perkamenten band, met leren sluitlintjes. In de binding is strook middeleeuws manuscript zichtbaar. Titel in oud handschrift op de rug. Bindstroken met mideleeuws manucript. Op schutblad opdracht in handschrift van Do Nicolao Dircken aan Nicolaus Amand, 1649. Signatuur: 243 [0]138).

A. 117. IOANNIS EUSEBII NIEREMBERGIUS, Theopoliticus, sive brevis illucidatio et rationale divinorum operum, atque providentia humanorum. Differtantur præcipua quæsita circa divinam providentiam. & tres cardines publicæ rei piè administrandæ digeruntur [IHS] Antverpiæ, ex officina Plantiniana Balthasar Moreti 1641 [achterin: DM Plantijn], 4o, [xxxvi]+571+[lvi] p. [1]

(In dit werk geeft Nierembergius, een Spaanse jezuïet en leefde van 1595 tot 1658, een korte toelichting op de grondgedachte van goddelijke werken en menselijke voorzienigheid. In originele perkamenten band met delen van sluitleertjes. Rug vervuild, waardoor titel in oud handschrift is vervaagd. Zonder signatuur)

A. 118. IOANNES DE CARTHAGENA, Homiliæ catholicæ in universa christianæ religionis & de sacris deiparæ V. Mariæ et S. Iosephi arcanis [DM] Coloniæ Agrippinæ apud Ioannem Kinchium sub Monocerote, 1641, gr. 4o, [xvii]+848+[xix]p. [3]

A. 119. IOANNES DE CARTHAGENA, Homiliæ catholicæ de sacris arcanis deiparæ Mariæ et Iosephi. Tomus secundus [IHS-teken] Coloniæ Agrippinæ apud Ioannem Kinchium sub Monocerote, 1641, gr. 4o, [vi]+535+[xx]p. [3]

(Twee prekenbundels van Juan de Cartagena (1563-1618), een Spaanse theoloog en minderbroeder. In uniforme banden met omslaand perkament en rood op snee, beiden met groene sluitlinten en rood op snee. Bindstroken met middeleeuws handschrift. Titel in oud handschrift op de rug. De eerste band en met name het binnenwerk heeft vochtschade opgelopen door bewaring op zolder van het Passionistenklooster Haastrecht. Het andere deel is puntgaaf en werd bewaard in de kloosterbibliotheek zelf. Eerste deel signatuur: 251.6 PL.VIII.1.1162; Tweede deel zonder signatuur)

A. 120. FRANCISCUS ZYPÆUS, Notitia iuris Belgici. Editio tertia priori emendatior & correctior [DM] Arnhemiæ, typis Johannis Iacobi, bibliopolæ, 1642, 8o, [xiv]+336+[ilvii]p. [11]

(Frans van den Zype (1580-1650) was theoloog en jurist, gespecialiseerd in canoniek recht. Eerste druk van dit werk verscheen in 1635. Hij steunde het ultramontanisme tegen met name de Noord-Nederlandse juristen. In originele perkamenten band. Auteursnaam “Zypeus” in oud handschrift op de rug. Met twee stroken middeleeuws manuscript als bindstroken. Signatuur: 348 en [0]223).

A. 121. PHILIPPE ALEGAMBE, Bibliotheca scriptoruum Societatis Iesu. Post excusum anno M.DC.VIII Catalogum R.P. Petri Ribadenairæ societatis eiusdem theology. Nunc hoc novo apparatu librorum ad annum reparatæ salutis M.DC.XLII editorum concinnata, &illustrium virum elogiis adornata [DM] Antwerpæ apud Ioannem Meursium, anno 1643, fol., [xxii]+587p. [13]

(Catalogus van alle werken, die geschreven zijn door paters jezuïeten, over de jaren 1609-1642. Met voor elke schrijver een korte biografie. Zo is op p.6 informatie over Adrianus Mangotius uit Gouda te vinden. Alegambe (1592-1652) was een uit Brussel afkomstige Belgische jezuïet en bibliograaf. Hij dankt zijn bekendheid vooral aan deze voortzetting van de catalogus van Pedro de Ribadenaira uit 1608. Met eigendomskenmerk op titelblad: ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht). In originele perkamenten band en ribben en titel in handschrift op de rug. Leren sluitlintjes half aanwezig. Versiering op de platten. Fraai drukkersmerk van Meursius. Signatuur: 271.6 en [01]89).

A. 122. ALPHONSUS RODRIGUES, Oeffeninghe der volmaecktheyt ende religieuser deughden. Over-gheset door P. Iacobus Susius. Het III. Deel, T’Antwerpen by de Weduwe Cnobbaert 1643, 8o, [vi]+642+[lv] p. [4]

(Eerste druk uit 1628. Zowel de auteur, als de vertaler is jezuïet. In gave, omslaande perkamenten spitselband met sluitleertjes en perkamenten flapjes. Met fraai gegraveerde titelpagina. Zonder signatuur).

A. 123. TURANO VEKITI [ARNOUT KIEVIT], Het Catholyck Memory-Boeck: in welck veel plaetsen soo uyt de H. Schrifture, als uyt de Oudt-Vaders, die geleeft hebben in de eerste vierhondert jaren nae de geboorte Christi worden verhaelt, met verscheyden redenen tot bevestinge van het Catholijck Apostolijck Roomsch Geloof, Den derden druck seer verbetert ende vermeerdert [IHS-teken] Tot Loven, [by] Bernardyn Maes, in’t Groene Cruys, anno 1643, 8o, [xiii]+1057+[v]p. [12]

(Derde druk van een veelgelezen werk, waarvoor in 1624 licentie verleend werd. In 1679 verscheen nog een zesde editie. De naam is een anagram voor Arnout Kievit, een jezuïet uit Rotterdam die in 1648 overleed. Zijn werk riep een gereformeerde reactie op van Pieter Cabeljauw, regent van het Statencollege in Leiden, die in 1661 met een uitvoerige – tweedelige – reactie kwam. Opnieuw gebonden met gemarmerde kartonnen platten en papieren rug. Klein linkerhoekje onderaan titelpagina gerestaureerd. Signatuur: T239 [0]10).

A. 124. LEONARDUS LESSIUS, In D. Thomam de beatitudine. De actibus humanis. De incarnatione verbi. De sacramentis et censuris. Prælectiones theologicæ posthumæ. Olim in academia Lovaniensi. Ab anno MDLxxxv iteratò propositiæ. Et tam in vita, quàm  à morte auctoris plurimorum votis ad prælum expetitiæ. Accesserunt eiusdem variorum casuum conscientiæ resolutiones [DM] Lovanii, typis Cornelii Coensestenii 1645, fol., [x]+310+177+428p. [1]

(Diverse werken van Leonardus Lessius (Lenaert Leys, 1554-1623), Zuid-Nederlands theoloog van de Sociëteit van Jezus (jezuïet) en adviseur van de aartshertogen Albrecht en Isabella. Met prachtige frontispice met de auteur te midden van engelen, getekend door Abr. à Diepenbeke en gegraveerd door Iac Neeffs. In originele perkamenten band, met resten van sluitlinten. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Binnenwerk met vochtringen. Signatuur: Locus B9.

A. 125. TURANO VEKITI [ARNOUT KIEVIT], Het Catholyck Memory-Boeck. In welck veel plaetsen soo uyt de H. Schrifture, als uyt de Oudt-Vaders, die gheleeft hebben in de eerste vierhondert jaren nae de gheboorte Christi worden verhaelt, met verscheyden redenen tot bevestinghe van het Catholijck Apostolijck Roomsch Geloof, Den vierden druck vermeerdert [IHS-teken] Tot Antwerpen, by Hendrick Aertssen, in de witte Lely, anno 1646, 8o, [xv]+1057+[xiv]p. [12]

(Vierde druk van een veelgelezen werk, waarvoor in 1624 licentie verleend werd. In 1679 verscheen nog een zesde editie. De naam is een anagram voor Arnout Kievit, een jezuïet uit Rotterdam die in 1648 overleed. Zijn werk riep een gereformeerde reactie op van Pieter Cabeljauw, regent van het Statencollege in Leiden, die in 1661 met een uitvoerige – tweedelige – reactie kwam. Op schutblad aantekening uit 1652 van Pieter Pietersz. In originele geblindstempelde bruinleren band, met houten platten. Leer gesleten en loslatend aan bovenzijde en op achterzijde. Sporen van koperen boekklampen. Signatuur: 239 [0]9).

A. 126. VITÆ SANCTORUM, cum divorum elogijs in singulos anni dies distributis. Pars altera, edition III [z.pl., z.j. [1646], 12o, p. 451-880+[xxviii]p.

(Derde deel van een verzameling heiligenlevens, zonder titelblad. In origineel perkamenten bandje, Vervuilde rug. Titelblad ontbreekt. Maakt onderdeel uit van FASTI MARIANI, Antverpæ apud Vid. Cnobbaert 1646. Signatuur: – [0]240).]

A. 127. MATTHIAS FABER, Auctarium operis concionum tripartite, adiectum ab eiusdem operis. Pars prima de dominicis [DM] Bruxellis, apud Franciscum Vivien, anno 1646, fol. [xii]+886p. [3]

A. 128. MATTHIAS FABER, Auctarium operis concionum tripartite, adiectum ab eiusdem operis. Pars secunda, quæ est de sanctis [DM] Bruxellis, apud Franciscum Vivien, anno 1646, fol. [vi]+438+[xxi] p. [3]

(Matthius Faber (1587-1653) was een Duitse jezuïet, geboren in Altomünster in Beieren en werd na zijn priesterwijding pastoor in Ingolstadt en hoogleraar aan de universiteit aldaar. In 1637 trad hij toe tot de jezuïetenorde. Hij trok daarna naar Hongarije en werd hoogleraar in Boedapest. Deze verzameling preken liet hij in 1631 voor het eerst drukken, waarna verschillende herdrukken volgden. In fraaie, doorleefde blindgestempelde bruinleren band; aan de randen iets omgekruld. Schutbladen was gevouwen en gescheurd. Boekblok gaaf. Met in beide delen groot drukkersmerk “Fructus concordiæ”, met hoornen met fruit en met boeken. Eigendomskenmerk ‘S.J.H.’ (jezuïeten Haastrecht) op titelblad. Zonder signatuur).

A. 129. JODOCUS ANDRIES, Novus libellus supplex pro animabus purgatorii [beeldmerk jezuïeten] Antverpiæ, apud viduam Ioannis Cnobbari, 1647, 24o, 207+[vii]p. [9]

(Jodocus Andries (1588-1658) schreef als jezuïet devotieliteratuur om de individuele geloofsbeleving te stimuleren. Naast dit werk over het vagevuur, schreef hij onder meer ook een werk over het lijden van Christus. In origineel perkamenten bandje, met titel in oud handschrift op de rug. Signatuur 243 en [0]109).

A. 130. JACOBUS REVIUS, Libertas Christiana circa usum capillitia defense, qua ejusdem disputations de comâ ab exceptionibus viti cujusdam docti vindicantur [afb.] Lugdumi Batavorum, ex officina Adriani Wyngaerden, 1647, 8o, [vi]+256p. [12]

(Met opdracht van Revius aan Salomon à Schoonhoven (1617-1653), ruwaard en baljuw van Putten. Gravure “Ardua quæ Pulchra” op titelblad. Signatuur: 241.03 [0]25).

A. 131. PETRUS WEMMERS, Doctissimi discoursus in quibus SS. Patrum sententiis, conceptibus moralibus et variis rerum similitudinibus. Res gestæ vitæque Sanctorum doctè non minus quàm dilucidè exhibentur. Ex operibus Pauli Aresii [Vignet] Antverpiæ, apud viduam Joannis Cnobbari, anno 1647, 4o, [xiv]+561+[lxxi] p. [3]

(Petrus Wemmers (ca. 1600-1678) was een Vlaams karmeliet en vertaler van werken over spiritualisme. Ook schreef hij praktische handleidingen in het Latijn voor predikers, zoals dit boek, gebaseerd op het werk van een tijdgenoot, Paul d’Arezzo († 1644). In gave band van omslaand perkament, met licht vervuilde rug en titel in vervaagd oud handschrift. Vochtring in het midden van een groot aantal pagina’s. Oud manuscript als bindstrook. Zonder signatuur).

A. 132. ANTONI DE ESCOBAR ET MENDOZA, Ad Evangelia sanctorum commentarii panegyricis moralibus illustrate, volumen quintum. Lignum vitale religionum fondatores. Prodit nunc primum [DM], Lugduni, sumptibus Hæred. Petri Prost, Philippi Borde & Laurentii Arnaud, 1648, fol., [xxiv]+451+[xlvi] p. [1]

A. 133. ANTONI DE ESCOBAR ET MENDOZA, In Evangelia sanctorum commentarii panegyricis moralibus illustrate, volumen sextum, Lugduni, sumptibus Hæred. Petri Prost, Philippi Borde & Laurentii Arnaud, 1648, fol., [xlii]+428+[xli] p. [1]

(Antoni de Escobar y Mendoza (1589-1669) werd geboren in het Spaanse Valladolid en trad toe tot de orde van de jezuïeten. Hij was een gekend prediker, die zich onderscheidde met zijn praktijkgerichte aanpak. Delen vijf en zes in één band. Eerste druk Mendoza’s commentaar op de Evangeliën. In originele perkamenten band met sporen van sluitleertjes. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Titelpagina in rood en zwart. Drukkersmerk op titelblad vijfde deel met Vrouwe Fortuna. Tweede deel met fraai frontispice met afbeeldingen van de vier evangelisten met hun attributen. Op schutblad ingeplakt briefje met de tekst “In bruikleen afgestaan door de Parochiekerk van Haastrecht”. Zonder signatuur).

A. 134. ANTONI DE ESCOBAR ET MENDOZA, In Evangelia temporis commentarii panegyricis moralibus illustrate, volumen quartum, lignum vitale, Christi sermones, [DM] Lugduni, sumptibus Hæred. Petri Prost, Philippi Borde & Laurentii Arnaud, 1649, fol., [vanaf p. 259-482]+[liv]p. [1]

A. 135. ANTONI DE ESCOBAR ET MENDOZA, Ad Evangelia sanctorum commentarii panegyricis moralibus illustrate, volumen quintum. Lignum vitale religionum fondatores. Prodit nunc primum [DM], Lugduni, sumptibus Hæred. Petri Prost, Philippi Borde & Laurentii Arnaud, 1648, fol., [xxiv]+480+[xlvi] p. [1]

(Delen vier en vijf één band. Deel vijf in deze band is dezelfde editie als de band met de delen vijf en zes, maar telt meer pagina’s. Delen van sluitleertjes. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 136. HERONYMUS BAPTISTÆ DE LANUZA, Homiliæ quadragesimales. Operâ & labore admodum venerabilis patris F. Onesimi de Kien, Iprensis ordinis FF. Minorum Capucinorum Concionatoris Provinciæ Flandro-Belgicæ, Tomus primus [DM] Antverpiæ, apud Guilielmum Lesteenium, viâ vulgo, Hoochstraet dictâ, sub Pellicano autreo, anno 1649 [achterin 1648], gr.fol. [ccxxii]+355+[i] p. [3]

A. 137. HERONYMUS BAPTISTÆ DE LANUZA, Homiliæ quadragesimales. Operâ & labore admodum venerabilis patris F. Onesimi de Kien, Iprensis ordinis FF. Minorum Capucinorum Concionatoris Provinciæ Flandro-Belgicæ, Tomus secundus [DM] Antverpiæ, apud Guilielmum Lesteenium, viâ vulgo, Hoochstraet dictâ, sub Pellicano autreo, anno 1649 [achterin 1648], gr.fol. [ii]+636p. [3]

(Prekenbundel van Spanjaard Jerome Batista de Lanuza (1553-1625), dominicaan en bisschop van Albarracin en later Balbastro. Bewerkt door de kapucijner De Kien, In reusachtige foliant met sleetse geblindstempelde band. Sporen van boekklampen. Reusachtige drukkersmerken van een pelikaan. Boekblok gaaf. Zonder signatuur).  

A. 138. GEORGIUS SCHERER, De luytersche bedelaers mantel: midtsgaders een wederlegh teghen twee luythersche predicanten, ghenaemt Iacob Gerbrandsz. en Alexander Utzinger. Waer in klaer en onwederleggelijck bewesen wert, dat de leere der luytersche, waer in sy met de catholijcke roomsche kerck verschilt, genomen is uyt de oude ketters, die van de ware oude kercke, in de concilien verbannen zijn [Orn.] Tot Brussel, by Ian Mommaert, in de Druckery, anno 1650, 8o, [vi]+578+[xx]p. [12]

(Georg Scherer (1540-1605) was een Oostenrijkse jezuïet en werkte als hofpredikant voor Matthias van Oostenrijk. Dit werk van Scherer werd vertaald in het Nederlands door “een liefhebber van de Roomsche kercke”. In originele perkamenten band; binding los. Lichte vochtringen op titelblad en voorwerk. Signatuur: [0]13).

A. 139. JOHANNES BUXDORF, JAN ZOET, Schoole der Jooden. Begrijpende het geheele Joodze geloof en geloofs-oeffening, benevens deszelfs ceremonien, in-zettingen, zeden en gebruiken, even-eens als de zelve, by hen, in ’t openbaer en verborgen, worden gepleegt. Uit hun eige boeken en schriften, meeren-deels den christenen onbekend, grondig, met aanwijzing van ieder boekx plaats en blad, verklaard. Noch een bondig-bericht, van hun toekomende Messia. Mitsgaders een reede-strijd, tusschen een ioode en een christen; daar in het christen geloof verdedigt, het ioodze ongeloof weer-legt en gants vernietigt word [Orn.] t’Amsterdam, gedrukt by Timon Houthaak [achterin: t’Amsterdam, in de drukkery van Tymon Houthaak, op de hoek van de Bieuwe zijds Kolck], voor Nicolaas Fransz., boek-verkooper in de Heere-straat, in ’t acht-kant Ovaal, anno 1650, 12o, [vi]+578+42+[vii] p. [7]

(Buxdorf (1564-1629), de auteur van dit werk, was afkomstig uit Kamen in Westfalen en hoogleraar Hebreeuws in Bazel. Dit werk is een Nederlandse vertaling van diens De synagoga Judaica, dat in 1603 voor het eerst verscheen. Vertaler was Jan Zoet, die op het titelblad wordt aangeduid als ‘Amsterdammer’. Buxdorf onderhield goede banden met vooraanstaande joodse geleerden, die hem ook vaak consulteerden. Zij gaven hem de erenaam ‘meester der rabbijnen’. In puntgave originele perkamenten spitselband. Signatuur: Locus E1 B296 [0]222).

A. 140. JULIANUS HAYNOVIUS, MICHAELE CUVELIER, Via verita ad vitam seu exercita in viginti quatuor veritates tributa, Antverpiæ, typis Cornelii Woons, sub signo Stellæ aureæ, anno 1652, 12o, [xxi]+526p. [4]

(Julien Haineuve (1588-1663) en Michel Cuvelier (1600-1663) waren jezuïeten. Boekje over de ware weg naar het leven, of oefeningen, verdeeld in vierentwintig waarheden. Signatuur: 248 en [0]206).

A. 141. ADRIANUS CROMMIUS, Centum quinquavaginta Psalmi Davidici succincta paraphrase explicate. Editio tertia [DM] Antverpiæ, apud Cornelium Woons, sub signo Stellæ aureæ, anno 1652, 8o, [xiv]+224+[i]p. [1]

(Psalmencommentaar. Crommius (190-1651) werd in Oirschot geboren. Hij werd jezuïet en hoogleraar in de theologie in Leuven. Signatuur [0]1)

A. 142. MICHAEL SENESCHALL, Nobilis agon S. Florentii togate Romani, invicti martyris perusini, pestilentiæ depulsoris, et adversus illam tutelaris, cuius sacræ reliquiæ in templo collegii Duacensis [Orn.] Duaci, typis Ioannis Serrurier, sub signo Salamandræ, 1652, 8o, [xii]+209+[i] p. [6]

(Boekje van de jezuïet Michael Seneschall (1606-1673) over “De nobele held St. Florentius, generaal van de Romeinen, de onoverwinnelijke martelaar van Perugia, de verjager van de pest en de beschermer ertegen, wiens heilige overblijfselen zich in de tempel van het College van Douai bevinden”. Met gravure van Florentius, gemaakt door Boulonois. In origineel perkamenten bandje, bij achterplatten aan de zijkant omgekruld. Op eerste schutblad opdracht van de auteur aan “Ornatissimo viro (de meest gedecoreerde man) do Nicolao de Jonghe, author D.D. 1652”. De Jonghe was van 1642 tot 1665 priester van de jezuïetenstatie Haastrecht. Signatuur 922 en [0]234).

A. 143. [MARTINUS BINNART], Biglotton sive dictionarium Teutonico Latinum novum. Omnibus editionibus longè perfectius et emendatius, et incipientis progredient, tisq juventutis utilitati multo accommodates, Ultajecti, typis Theodori ab Ackersdyck et Gisberti à Zyll, 1654, fol. [iv]+ongepagineerd [13]

(Latijns woordenboek, met gegraveerde titelpagina en voorwoord: “Dem autheur ende drucker aen alle verstandige meesters”. In originele spitselband met overslaand perkament. Op de rug in oud handschrift “Dictionarium”. Zonder signatuur).

A. 144. IGNATIUS DER-KENNIS, De Deo uno, trino, creatore [DM] Bruxellis, typis Francisci Foppens, sub signo S. Spiritus 1655, 8o, [xiv]+642+[xxiv]p. [1]

(“Over God, één, drie-eenheid, de schepper”. De auteur was jezuïet en hoogleraar theologie in Leuven. In originele omslaande spitselband van perkament. Titel in vervaagd handschrift op de rug. Met middeleeuwse bindstroken. Zonder signatuur).

A. 145. JACOBUS RAPS, Het leven van den H. vader Franciscus ende der voornaemste heylighen, salighen, ende Godt-vruchtighen van sijnen derden Reghel [afb. St.-Franciscus] Tot Brussel, by François Vivien, ghesworen boeck-drucker, 1655, 8o, [xiii]+563+[iii]p. [6]

(Heiligenlevens van Franciscus en diverse franciscanen, beschreven door pater Jacobus Raps, gardiaan (overste) van het minderbroeder- of franciscanenklooster te Brussel. Met fraaie frontispice van de aanbidding van Franciscus. Op het titelblad een kleine gravure van Franciscus als goede herder. In originele omslaande perkamenten band. Titel in handschrift vervaagd op de rug. Zonder signatuur).

A. 146. ANTOINE VATIER, La conduit de S. Ignace de Loyola, menant une ame a la perfection par les exercices spirituels, A Bruxelles, chez François Foppens, au S. Esprit, proche l’Eglise de RR. PP. Jesuits, 1661, 8o, [xxii]+558+[x] p. [6]

(Vatier (1591-1659) was een Franse jezuïet en hoogleraar wiskunde in Parijs. Hij ontmoette René Descartes vlak voor diens vertrek naar de Nederlanden, die hem hoog achtte en hem een kopie toestuurde van zijn Discourse, wat leidde tot een briefwisseling tussen beiden. In 1650 vertaalde hij deze geestelijke oefeningen van Ignatius Loyola. In originele band met omslaand perkament. Signatuur: Locus N2; V248 en PL.III.7.512).

A. 147. PEREGRINUM AMSTELIUM THEOLOGUM, Extractum catholicum; vervangende eenige vragen op het stuck des gheloofs ende der warer religie, derde editie [Orn.], T’Antwerpen, by de Weduwe ende Erf-genamen van J. Cnobbaerts, anno 1661, 4o, 560+[xxix]p. [12]

(Achter het pseudoniem Peregrinum Amstelium Theologum (De rondtrekkende Amsterdamse theoloog) gaat de jezuïet Augustinus van Teylingen (1587-1669) schuil, die meerdere polemische werken schreef. In deze derde editie geeft de auteur zich met het voorwoord voor het eerst bekend, met de initialen V.T. Met fraaie titelgravure en approbatie van Gaspar Extrix, censor van Antwerpen in 1639. Boven de titelgravure is in oud handschrift een Latijnse tekst geschreven. In sleetse perkamenten band, waarvan bij het voorplat het perkament los is gekomen van het onderliggende karton. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 148. JOANNES BAPTISTA VERJUYS, Pastorale missionarium cum resolutione casuum in missionibus apud hæreticos & alibi occurrentium [DM] Bruxellis, ex typographia Balthasaris Vivien, sub signo boni pastoris, 1664, 8o, [xix]+541+[i]p. [12]

(Oplossingen voor problemen die zich voordoen bij het missiewerk onder ‘ketters’.Verjuys (1610-1667) was lid van de orde der predikheren (dominicaan). Drukkersmerk met afbeelding van de Goede Herder. In originele spitselband met omslaand perkament. Titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Signatuur: 259 [0]218).

A. 149. JACOBUS LOBBETIUS, Tractatus ascetici de virtutibus ex norma adhortationum. Quæ concionatoribus, & vitæ spiritualis magistris utilem atque uberem, materiam subministrent [DM] Leodii, ex officina typographica Jo. Mathiæ Hovii, ad insigne Paradisi Terrestris, 1664, 4o, [xx]+460+[ix] p. [9]

(‘Verhandeling van een asceet over de deugden van de vermaningen, die nuttig en ruimschoots materiaal leveren aan predikers en leraren van het geestelijk leven’. Geschreven door de uit Luik afkomstige jezuïet Lobbetius (1592-1652). In gave spitselband met omslaand perkament. Gemarmerd op snee. Titel in oud, kriebelig handschrift op de rug. Fraai drukkersmerk. Zonder signatuur).

A. 150. CONSCIONUM in quadragesimam reverend patris de ligendes e Societate Iesu. Tomus tertius & ultimus. Editio secunda [DM] Parisiis, apud F. Muguet, regis, ac D.D. Achiepise. Parisiens. Typogr. Viâ Citharæ, ad insigne Adorationis trium regum, 1664, 4o, 919p. [9]

(Geschrift over het bewustzijn in de vastentijd ter ere van de stichter van de Sociëteit van Jezus. In zwaar beschadigde originele bruinleren band met goudornamenten. Eigendomsinschrijving Est. Troiillart 1673 op titelpagina. Verkocht via Catawiki).

A. 151. PETRUS MARCHANT, Cophini fragmentorum panis Verbi Dei, collecti ex concionibus [DM] Gandavi, typus Maximiliani Graet, ad signum Angeli, 1665, 4o, [xvi]+834+[lxxiv] p. [3]

(“Manden met fragmenten van het brood van het Woord van God, verzameld uit preken”. Pierre Marchant (1585-1661) was schrijver van theologische werken en religieus hervormer in Vlaanderen. In 1618 werd hij benoemd tot gardiaan van Gent. In 1639 werd hij generaal-overste van de minderbroeders in Duitsland, de Nederlanden Groot-Brittannië en Ierland. Hij was de broer van James Marchant, die de bekende Hortus Pastorum schreef. In gave perkamenten spitselband, met vervuilde rug en titel in oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 152. JOHANNES NADASIUS [JÁNOS NÁDASI], Annus dierum memorabilium societatis Iesu, sive commentaries quotidianæ virtutis, notabilem unius, vel plurium in Societate vita functorum, virtute quapiam insignium memoriam in menses diesque quibus obiêre partitè distributam complexus [DM-IHS] Antverpiæ, apud Iacobum Meursium, anno 1665, 4o, [ix]+373+[xvii] p. [6]

(‘Een jaar van gedenkwaardige dagen van de Sociëteit van de Jezuïeten, of herdenkingen van de dagelijkse deugden en het opmerkelijke leven van ordeleden’. Nádasi (1613-1679), een Hongaarse jezuïet, schreef meerdere van deze naamregisters, met alle activiteiten van individuele medebroeders in het betreffende kalenderjaar. In band met – deels gekruld – omslaand perkament; klein scheurtje boven aan de rug. Titel in vervaagd handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 153. JOANNE LINDEBORN, Scala Jacob. Virginibus Deo com proposito perpetuæ continentiæ in secolo famulantibus applicate [DM] Antverpiæ, prostant apud Joachimum à Metelen, anno 1666, 8o, [xxii]+352+[i] p. [10]

(Lindeborn, die pastoor was in de Sint-Nicolaaskerk te Utrecht van 1656 tot zijn overlijden in 1697, richtte geeft in dit boek over de Ladder Jacobs aanwijzingen voor een vroom leven aan zogeheten klopjes. Deze ongehuwde vrouwen leefden een geestelijk leven in de wereld en werden ook wel geestelijke dochters genoemd. Dit was een typisch Nederlands verschijnsel dat ontstond nadat alle kloosters bij de doorvoering van de Reformatie waren gesloten. In 1670 verscheen van dit werk een Nederlandse vertaling: De Leeder Jacobs, der Maegden, die Godt van eeuwige reinigheit in de weereld dienen. In originele, maar sleetse, perkamenten band, die aan de randen rafelig is en omgekruld. Boekblok is gaaf, met uitzondering van enkele wormgaatjes. Signatuur: L248.3 PL.III.7.523).

A. 154. DANIEL A VIRGINE MARIA, Konste der konsten ghebedt. Oft maniere om wel te bidden besonderlijck ghetrocken uyt de schriften vande H. Moeder Teresa de Iesu [Afb. Maria] t’Antwerpen, by Michiel Cnobbaert, in S. Peeter, 1669, 16o, [xvi]+522+[xvii]p. [9]

(De auteur, die zich bediende van het alias A Virgine Maria, werd in Hamme geboren als Daniël van Audenaerde (1616-1678). Hij was “Provinciaal ende Supprior der Carmelieten genoemt Onse L Vrouwe Broeders tot Brussel”. Hij was onder meer betrokken bij de stichting van het Karmelklooster in Boxmeer. In stukgelezen perkamenten bandje. Frontispice en titelpagina ontbreken. Begint met afbeelding van Mater Theresia. Achterin eigendomsinschrijving van Nikolas Offermans. Signatuur: 1907 VIII-5).

A. 155. RICHARDUM ARCHDEKIN, Præcipuæ controversiæ fidei ad facilem methodum redact ac resolutiones theologicæ. Ad omnia sacerdotis munia, præfertim in missionibus, accomodatæ cum apparatu ad doctrinam sacram [DM-IHS] Lovanii, typis Hæred. Bernardini Basii, sub viridi Cruce, 1671, 8o, [x]+510+[viii]p. [12]

A. 156. [RICHARDUM ARCHDEKIN], De constantia Hiberniæ in religione Romana. Inter persecutions pænè perpetuas, per annos mille ducentos, [Lovanii typis Hæred. Bernardini Basii, sub viridi Cruce, 1671, 8o, [p.61-74]+[i] p. [12]

(Richard Archdekin – ook bekend als Mac Giolla Cuddy – was een Ierse jezuïet, geboren in Kilkenny in 1618, Hij studeerde eerst oudheid en filosofie en trok daarna naar Leuven om theologie te studeren en toe te treden tot de orde van de jezuïeten in 1642 in Mechelen. Hij werd professor in de filosofie, moraaltheologie en de Heilige Schrift en stierf in 1693 in Antwerpen. Veel van zijn werk bevatten anekdotes uit de Ierse geschiedenis, als ondersteuning van voorbeelden voor zijn moraaltheologie. Dit is zijn hoofdwerk, met bijgebonden – zonder titelblad – een studie over de Ierse vasthoudendheid aan het rooms-katholicisme tegen de verdrukking in gedurende 1200 jaar. In bruinleren band beschadigde band. Zonder signatuur).

A. 157. JOANNE BONA, De divina psalmodia, eius que causis, mysteriis et disciplinis, deque variis ritibus omnium ecclesiarum in psallendis divinis officiis, tractatus historicus, symbolicus, asceticus [Orn.] Coloniæ Agrippinæ, apud Hermannum Demen, sub signo Monocerotis, anno 1677, 8o, 775+[xi]p. [4]

(“Een historische, symbolische en ascetische verhandeling over goddelijke psalmodie, de oorzaken, mysteries en disciplines ervan, en over de verschillende rituelen van alle kerken bij het zingen van goddelijke ambten”. De auteur is “S. Bernardi ad Thermas presbytere cardinali ordinis Cisterciensis”; overste van de cisterciënzers. In fraaie leren band met goudversiering op voorplatten en goudornamenten op de rug. Goud op snee. Verkocht via Catawiki. Zonder signatuur).

A. 158. PETRUS ROTA, Hortus Floridissimus variorum, selectissimorum que discoursuum prædicabilum ad quinque vel sex, sæpe plurium, pro singulis anni dominicis et festis principalioribus, non solum variis et copiosis […] Pars æstivalis [DM] Moguntiæ [Mainz], sumptibus Joannis Petri Zubrodt, anno 1677, 4o, [p.681-1619] [3]

(Het zomerdeel van een prekenbundel van Rota (1599-1677), een Italiaanse kapucijner monnik en prediker uit Martinengo / Bergamo. Aan het eind staat vermeld dat de auteur de tekst op 29 augustus 1675 heeft overzien en goedgekeurd. In perkamenten spitselband, met titel in vervaagd handschrift op de rug. Perkament achterplat deels los van karton. Zonder signatuur).

A. 159. CORNELIUS HAZART, Triomph der pausen van Roomen over alle hare benyders ende bestryders. Met eene volkomen, ende overtuyghende wederlegginghe van alle de lasteringhen, en valscheden van de sectarisen, t’Antwerpen, by Michiel Knobbaert, by het Professen-huys, in S. Peeter, 1678, fol., [xviii]+412+[xviii]p. [8]

A. 160. CORNELIUS HAZART, Triomph der pausen van Roomen over alle hare benyders ende bestryders, t’ t’Antwerpen, by Michiel Knobbaert, by het Professen-huys, in S. Peeter, 1679, fol., [vi]+430+[xiv]p. [8]

A. 161. CORNELIUS HAZART, Triomph der pausen van Roomen over alle hare benyders ende bestryders, t’ t’Antwerpen, by Michiel Knobbaert, by het Professen-huys, in S. Peeter, 1681, fol., [ii]+333+[xiii]p. [8]

(Driedelig werk van de polemist en geschiedschrijver Cornelius Hazart (1617-1690), jezuïet in Antwerpen. Deel 2 en 3 met fraaie frontispices. Compleet met 1 fraaie afbeelding van Jezus en 39 gravurepagina’s met portretten van pausen in deel 1; 41portretgravure-pagina’s in deel 2 en 60 portretgravurepagina’s in deel 3. Levensbeschrijvingen en portretten van alle pausen vanaf de heilige Petrus tot en met paus Innocentius 11, gekozen in 1678. In drie identieke perkamenten banden. Perkament om platten laat deels los. Binnenwerk en gravures schoon. Zonder signatuur).

A. 162. MATHIAS CROONENBORGH, De twee gheestelycke colommen van de Heylighe Kercke, te weten het H. sacrament der Biechte ende het HH. sacrament des Autaers. Dienende aen alle christenen tot eenen troost ende verlichtinghe ter salicheyt [Orn.] Tot Amsterdam, by Ioannes Stichter, in den Bergh van Calvarien, anno 1682. Men vint-se te coop t’Antwerpen, by Jacobus Woons, in de Wijngaert-poort, 8o, [xiv]+355+[v] p. [4]

(Met fraaie eigendomsinschrijving van “Ioffou Maria Theresa Wittecop, anno 1684”. Zij was een dochter van de vermogende Dirck Wittecop uit Gouda en was een klopje of geestelijke dochter in Gouda. Croonenborgh (1622-1684), auteur van het boekje, was franciscaan (minderbroeder) in Roermond en biechtvader van de “religieusen penitenten” (Poenitenten-Recollectinnen) en de clarissen aldaar. In originele, puntgave, perkamenten band, met auteursnaam en titel in vervaagd handschrift op de rug. Signatuur: 248.57 PL.IV.7.713).

A. 163. CENSURÆ facultatum sacræ theologiæ Lovaniensis ac duacensis super quibusdam articulis de Sacra Scriptura, Gratia, & Prædestinatione, Anno Domini 1586. Lovanii scripto traditi [Orn.] Parisiis, 1683, 8o, 237p. [12]

(“Kritiek op de faculteiten van de heilige theologie van Leuven en van Duca op bepaalde artikelen over de Heilige Schrift, genade en predestinatie”. Eigendomsinschrijving op eerste schutblad: “ex dono R.Z. Corn.ii Groenendijk debat (?) Herberto v. Griethoven”. In originele bruinleren band, met goudornamenten op de rug. Gestippeld op snee. Leer achterplat laat los. Zonder signatuur).

A. 164. JACOBUS JUNCK [IVNCK], Xeniothecion, sive copiosissimus concionum strenalium thesaurus hactenus reconditus. E sacræ Scripturæ, sanctorum partum, veterum, recentio rumque authorum scriptis ac monumentis laboriosè non minus, quam ingeniosè erutus […] Coloniæ Agrippinæ, typis & sumptibus Joannis Wilhelmi Friessem, bibliopolis, anno 1683, 4o, [xxvi]+583+[iv] p. [3]

(Prekenbundel van de prediker en pastoor van Ober-Lahnstein, Jacobus Junck, geboren in Wezel. In originele perkamenten spitselband; perkament aan het achterplat krult wat om. Titel in oud-handschrift op de rug. Rug wat vervuild. Zonder signatuur).

A. 165. ADRIANUS MANGOTIUS, GOUDANI, Monita sacra ex S. Scriptura & SS. patribus potissimum collecta, in celebri Academia Lovaniensi sodalibus deiparæ Virginis dicta, omnibus utilissima, & quator tomis distincta, pars tertia [IHS-merk], Lugdini, apud Anisson Ios, Joan. Posuel, & Cl. Rigaud, 1686, 8o, [vi]+708p. [9]

(“Heilige vermaningen uit de Heilige Schrift en SS. Speciaal verzameld door de paters, gezegd tegen de leden van de beroemde Academie van Leuven van de Maagd van Deipar, zeer nuttig voor iedereen”. Laatste deel van een herdruk uit Lyon van een driedeling werk van de Goudse jezuïet Adrianus Mangotius (1554-1629). De drie werken werden in 1614-1615 voor het eerst gedrukt in Antwerpen. Originele perkamenten spitselband en met titel “A. Mangotij Pars 3” in handschrift op de rug. Bladzijden als nieuw. Onderin op schutblad eigendomsinschrijving “Gisberti Spitzhoven 1686”. Spithoven, ca. 1660-1725) was pastoor in Cabauw bij Utrecht. Ten tijde van de inschrijving was hij net teruggekeerd van zijn studie en priesterwijding in Rome. Signatuur: 251.11 PL.III.4.412 en Locus 242).

A. 166. MATTHIAS KEUL, Vox clamantis in deserto: sive conciones sacræ et morales in omnes totius anni dominicas et festa […] Dominicale primum [Orn.] Coloniæ, sumptibus Hermanni Demen, anno 1686, 4o, [xxvi]+376+[xxxii]p. [3]

A. 167. MATTHIAS KEUL, Vox clamantis in deserto: hoc es conciones panegyricæ in festa sanctorum: tum in ea quæ per totius anni circulum ab ecclesia universaliter; tum in illa, quæ apud diversos religiosos & in diversis ecclesiis particulariter celebrantur […] Pars prima, Coloniæ, sumptibus Hermanni Demen, anno 1685, 4o, [xv]+360+[xxvi] p. [3]

A. 168. MATTHIAS KEUL, Vox clamantis in deserto: hoc es conciones in singulas totius anni dominicas […] Dominicale secundum [DM] Coloniæ, sumptibus Hermanni Demen, anno 1686, 4o, [xiv]+451+[xxvi]p. [3]

A. 169. MATTHIAS KEUL, Vox clamantis in deserto: hoc es conciones panegyricæ in festa sanctorum […] Sanctorale secundum [DM] Coloniæ, sumptibus Hermanni Demen, anno 1686, 4o, [xiii]+442+[xxii] p. [3]

(Vier prekenbundels van de minderbroeder Keul. De eerste twee in één band, In blindgestempelde perkamenten banden, rug met ribben en titel in vervaagd oud handschrift. Perkament aan de randen gekruld. Zonder signatuur).

A. 170. GRAND DICTIONAIRE HISTORIQUE, ou mélange curieux de l’histoire sacree et profane: Supplement ou troisieme volume, qui contient des matieres de méme nature que celles des deux premiers tomes. Tome troisiéme [Orn.] A Paris, chéz Denys Thierry, ruë saint Jacques, devant la ruë du Plâtre, à l’Enseigne de la Ville de Paris, 1689, fol. [vi]+1238p. [13]

(Supplement op een tweedeling woordenboek of encyclopedie, In zwaar beschadigde bruinleren band. Vochtvlek aan de onderzijde van het eerste gedeelte. Boekblok verder gaaf. Signatuur: [01]104).

A. 171. EMANUELIS GONZALEZ TELLEZ, Commentaria perpetua in singulos textus quinque librorum decret alium Gregorii IX. Tomus primus, complectens librum primum [DM] Francofurti ad Moenum, sumptibus Johannis Davidis Zunneri, anno 1690, fol., [xx]+1045p. [11]

(Gedetailleerd commentaar op de Decreten van paus Gregorius IV. Tellez (overleden in 1649) studeerde en doceerde canoniek recht aan de universiteit van Salamanca in Spanje. Titelpagina met groot drukkersmerk. In originele bruinleren band. Voorplat los; leer op de rug is verdwenen. Op het voorplat is geblindstempeld: “F. Latour Provisor”. Signatuur: Locus C10 G 270.7).

A. 172. MATTHIAS KEUL, Echo trinaria, ad trinam vocem clamantis in deserto resonans, sive conciones morales & sacræ in dominicas & festa per annum. E cathedra dictæ ad populum christianum Colononiæ […] Echo prima [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Servatii Noethen, anno 1691, 4o, [x]+552+[xxxix] p. [3]

A. 173. MATTHIAS KEUL, Echo trinaria, ad trinam vocem clamantis in deserto resonans, sive conciones morales & sacræ in dominicas & festa per annum. E cathedra dictæ ad populum christianum Colononiæ […] Echo prima [DM] Coloniæ Agrippinæ, sumptibus Servatii Noethen, anno 1692, 4o, 421+[xxxii] p. [3]

(Twee prekenbundels voor het hele kerkelijke jaar. Met fraaie frontispice. In originele, licht vervuilde perkamenten band met ribben en titel in vervaagd oud handschrift op de rug. Zonder signatuur).

A. 174. EDUARDUS A ZURCK, M.T. Ciceronis orationum selectarum liber. Editus in usum Scholarum Hollandiæ & West-Frisiæ, ex decreto Illustriss. DD. Ordinum ejus provinciæ [DM] Roterodami, typis Regneri Leers, 1694, 8o, [vi]+226+[x] p. [5]

(Latijnse leerboekje, gedrukt door de beroemde Rotterdamse drukker Reinier Leers,met fraai drukkersmerk. Voor gebruik in de Hollandse Latijnse scholen. In linnen gebonden, met eromheen een perkamenten bandje. Scheurtje in onderste deel titelpagina. Rug los. Signatuur: 871 [0]228).

A. 175. IGNATIUS DIERTINS, Exercitia spiritualia S.P. Ignatii Loyolæ, cum sensu corumdem explanato [DM IHS] Antverpiæ typis Henrici Thieullier, an. 1696, 8o, [xxiii]+411+[xxiii]+93+[xix] p. [4]

(Bevat geestelijke oefeningen, meditaties en gebeden van de Heilige Ignatius van Loyola, de oprichter van de Orde der Jezuïeten. Diertins (1626-1700) was overste van de Vlaams-Belgische provincie en jezuïet in Kortrijk. Signatuur: Locus 248.3 PL.III.7.51).

A. 176. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus primus [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1697, fol., [xxxviii]+679 [1358 kolommen]+[xxvii] p. [1]

A. 177. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus secundus [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1698, fol., [i]+785 [1569 kolommen]+[xxvi] p. [1]

A. 178. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus tertius [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1697, fol., [ii]+855 [1695 kolommen]+[xviii] p. [1]

A. 179. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus quartus [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1696, fol., [ii]+874 [1748 kolommen]+[xvii] p. [1]

A. 180. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus quintus [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1695, fol., [ii]+772 [1534 kolommen]+[xvi] p. [1]

A. 181. THOMA LE BLANC, Psalmorum Davidicorum analysis, in qua aperte cernitur singulis in Psalmis ordinem esse admirabilem:adiugitur commentaries amplissimus, tomus sextus [Afb.] Coloniæ Agrippinæ, apud Ioannem Wilhelmum Friessem, anno 1696, fol., [ii]+853 [1706 kolommen]+[xvi] p. [1]

(Psalmencommentaar van Thoma le Blanc, hoogleraar theologie in Reims. Zes delen in drie reusachtige banden met florale motieven geblindstempeld perkament. Elk boek twee sloten met leer en koper. Op de rug in oud handschrift “Re.P. Le Blanc” met deelnummers in Latijnse cijfers. Eerste band met defecte sluiting; rug tweede band bovenaan licht ingescheurd. Alle drie banden met wormgaatjes, die ook in de eerste katernen te zien zijn, inclusief het frontispice met afbeelding van een harp-spelende David in deel 1. Signatuur: Locus B10 A15,16,17 en 223.7 [01]80, [01]81).

A. 182. WILLIAM CAVE, Apostolische oudheden of het leven, de daden, en martelaryen der heylige apostelen, evangelisten, en oude vaderen, tot het eynde van de vierde eeuw. Waar voor gevoegd is, een vertoog van de groote bedeelingen der kerke, onder de patriarchen, Moses, en het Evangelium. Uyt het Engelsch, naar den vijfden druk vertaald door Salomon Bor, predikant tot Zeyst. Uytgegeven met een voorreden, aanwijsende de matigheyt van dit werk, neffens een oeffeninge over den rechten sin van Paulus en Jacobus leere in ’t stuk der rechtveerdigmakinge, door Hermannus Wits [DM] T’Utrecht, gedrukt by François Halma, Willem vande Water, boekverkopers, 1698, gr. fol., [xii]+370+[vii]p. [6]

A. 183. WILLIAM CAVE, Apostolische mannen, of het leven , bedryf, dood en martelaarschappen van de vaderen, die ten tijde van de apostelen, of straks na deselve hebben geleefd. Gelyk ook van de voornaamste vaders in de drie eerste eeuwen. Met een inleyding, rakende den voortgang der christelijke religie, en de tien vervolgingen tegen deselve. Waar bygevoegd een tyd-rekening, behelsende de keysers, burgemeesters, en de kerkelijke geschiedenissen in die eeuwen. Na de derde verbeterde druk uyt het Engels vertaald door S.B. [DM] T’Utrecht, gedrukt by François Halma, Willem vande Water, boekverkopers, 1698, gr. fol., [iii]+12+376+[vi]p. [6]

(Twee werken in één band. Sterk gewreven bruinleren band, met goudornamenten op de rug. Beschadiging van hoeken en bovenzijde rug. Met fraaie frontispice en tientallen paginagrote gravures van I. Goeree en P. Sluyter. Enkele pagina’s los. Zonder signatuur).

A. 184. NICEPHORUS BORRADIUS, Dissertationes ariovisti et venantii de scripto quodam, tum prout sub nominee Doctoris Hennebel, sparsum est, tum prout mutatâ phrasi ac ordine est typis editunt ab aliquot Belgis Theologis [Orn.] Leodii, apud Henricum Streel, 1699, 8o, [iv]+387+[iii] p. [1]

(Luikse druk. De auteur was jansenist en hoogleraar theologie. In originele bruinleren band, die aan de achterzijde los is geraakt van het karton. Zonder signatuur.

A. 185. [WILHELMUS GOEREE], Mosaize historie der Hebreeuwse kerke, zoo als dezelve was in de stam-huyzen der H. Vaderen des Ouden Verbonds [Orn.] Gedrukt voor den autheur, en worden te koop gevonden tot Amsterdam, by desselfs zonen, Willem en David Goeree, op de Louwrier-Gragt, tussen de Konijne en Haase-Straat, in ’t Jaar 1700, fol. [xlviii]+728+[xviii]p. [7]

(Alle uitslaande platen verwijderd. Nog wel aanwezig: frontispice; Abrahams geslagt en maagschap (na p.10); portret Aratus, p.18; Kaldeën, p. 21; muntgeld, p. 429. Titelplaatje uit de rug gesneden. Signatuur: Locus 296 en [01]90).

A. 186. [WILHELMUS GOEREE], Mosaize historie der Hebreeuwse kerke, tweede deel. Begonnen met het leevens-bedrijf van den voortreffelijken Joseph [Orn.] Gedrukt voor den autheur, en worden te koop gevonden tot Amsterdam, by desselfs zonen, Willem en David Goeree, op de Louwrier-Gragt, tussen de Konijne en Haase-Straat, [z.j. 1700], fol., [viii]+804+[xx]p. [7]

(Alle uitslaande platen verwijderd. Nog wel aanwezig: frontispice; paginagrote gravure ‘kleeding der Egiptenaaren’. Titelschildje uit de rug gesneden; Signatuur: Locus 29 E.296 en [01]91).

A. 187. [WILHELMUS GOEREE], Mosaize historie der Hebreeuwse kerke, derde deewl. Begonnen met de geboorte van de Goddelijke Wetgeever Moses [Orn.] Gedrukt voor den autheur, en worden te koop gevonden tot Amsterdam, by desselfs zonen, Willem en David Goeree, op de Louwrier-Gragt, tussen de Konijne en Haase-Straat, [z.j. 1700], fol., [xii]+755+[xvii]p. [7]

(Meeste uitslaande platen verwijderd. Nog wel aanwezig: frontispice; na p. 80: uitslaande plaat over de onderdrukking van de farao; p.306 met prent Egyptenaren; na p.66: prent over twee pagina’s van bouw altaar door de joden)

(Drie (van vier) folianten over de geschiedenis van het joodse volk. De Middelburgse boekverkoper, arts en theoloog Wilhelmus Goeree (1635-1711). Helaas zijn op een na alle 78 uitvouwbare gravures en op een na ook alle 19 dubbel-paginagrote platen, gegraveerd door Jan en Caspar Luyken eruit gehaald. De tekst van deze drie delen is compleet en op zeer fris papier; gemarmerd op snee. Drie identieke leren banden, met goudversiering op de rug. Ruggen beschadigd door wegsnijden titelschildjes; ook onderaan kleine beschadigingen. Platten sterk gewreven. Signatuur: A37 en Locus 296 A221 en [01]92).

Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *