Vorige week was ik eindelijk in de gelegenheid in de studiezaal van het Streekarchief Midden-Holland enkele archiefstukken uit de jaren 1815-1819 te raadplegen, die betrekking hadden op de toewijzing van de Gasthuiskapel aan de Goudse katholieken. Deze stukken waren lang moeilijk raadpleegbaar, omdat er geen inventaris van het betreffende archief was gemaakt. Gelukkig is deze archieflijst van dit bijzondere archief nu eindelijk gereed en te gebruiken door onderzoekers. De archivering kent een lange voorgeschiedenis, waarin ik zelf een intermediaire rol heb mogen spelen.
Het moet ergens in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw zijn geweest. Bij een bezoekje aan een antiquariaat wilde de oudpapierverkoper mij een curiosum laten zien. Hij wist dat ik kerkhistorisch geïnteresseerd was en daarom dacht hij dat ik wel wilde zien wat hij zojuist aangeboden had gekregen. Op tafel stond een groot aantal kartonnen dozen, boordevol met vergeelde brieven, notities, notariële documenten en andere schriftelijk materiaal. Na enig bladeren werd mij al snel duidelijk dat het om Goudse archiefstukken ging; veel negentiende-eeuws materiaal, maar ook veel oudere documenten, waaronder zelfs zeventiende-eeuwse stukken. Verder was duidelijk dat het om kerkelijke stukken ging van katholieke signatuur. Die conclusie kon de antiquaar bevestigen, want het ging volgens hem om het complete archief van de Onze Lieve Vrouwe-Hemelvaartparochie, die tot de afbraak onderdak had in een grote kerk aan de Kleiweg.
Voor mij stond meteen vast dat deze voor Gouda belangrijke bronnen niet in de handel hoorden. De Kleiwegkerk was destijds, in 1964, nogal respectloos en ruw gesloopt en blijkbaar had haar papieren representatie eenzelfde lot ondergaan. Uiteraard liet de antiquaar niet los wie hem dit archief te koop had aangeboden, maar ongetwijfeld was het (een nazaat van) iemand die betrokken is geweest bij het kerkbestuur van deze parochie. Mijn eerste impuls was dat er een poging ondernomen moest worden om het bisdom Rotterdam te informeren over deze vondst, omdat dit verantwoordelijk is voor alle kerkelijke archieven in het diocees. Misschien kon het bisdom een stokje steken voor een ‘vermarkting’ van de stukken? Dat vond de antiquaar niet zo’n goed idee, want hij had fors geld betaald om het te bemachtigen. Daarom besloot ik zelf een bod uit te brengen. Voor 4000 gulden werden wij het eens en verhuisden de dozen naar mijn zolder. Met rode oortjes las ik daar prachtige brieven van pastoor Sem, die er persoonlijk verantwoordelijk voor was dat zijn parochianen de oude en vervallen kerk in de Keizerstraat konden verruilen voor de ruimere en goed onderhouden Gasthuiskapel, die tot op dat moment nog in gebruik was van een kleine Franstalige Waals-gereformeerde gemeente. Felle tegenwerking van de gereformeerden en van de stedelijke overheid konden hem niet afhouden van dit voornemen, dat slaagde met hulp van Koning Willem I.
Toch vond ik van meet af aan dat dit archief niet in privéhanden mocht blijven. Vandaar dat ik contact zocht met het bisdom Rotterdam. Daar was men zeer verheugd over de ‘redding’ van het archief en toonde men zich bereid het archief voor hetzelfde bedrag van mij over te nemen en de stukken vervolgens in bruikleen af te staan aan het Goudse archief. Zo bleef het archief bewaard en beschikbaar voor onderzoek en ook nog in de plaats van oorsprong. Het heeft nog bijna een kwart eeuw geduurd voordat er een degelijke inventaris van is gemaakt, met dank aan Eveline van der Hulst, maar dat betaalt zich nu uit door middel van een artikel dat ik kon schrijven met behulp van enkele zeer interessante archiefstukken. Dit artikel, bestemd voor de jubileumbundel van de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis die op 11 oktober 2014 zal verschijnen, zal handelen over rooms-katholieke overlevingsstrategieën in Gouda. De omgang van het archief van de OLV-Hemelvaartparochie zou je met evenveel recht een overlevingsstrategie kunnen noemen.
Naschrift:
In de jaren daarna zou blijken dat de door mij gekocht archief toch niet het hele archief van de betreffende parochie was. Van Ad den Edel, boekhandelaar op de Goudse antiek- en curiosamarkt, kreeg ik een map met stukken die zonder twijfel ook tot hetzelfde kerkarchief hebben behoord. Via de archeoloog Marcel van Dasselaar kwam daarnaast nog een heel kasboek boven water, waarin alle geldelijke bijdragen stonden genoteerd van Gouwenaars die bijgedragen hadden de bouw van de toren van de Kleiwegkerk. Dit kasboek was tussen het puin gevonden door een van de slopers van de kerk in 1964. Andermaal blijkt hieruit hoe slordig destijds is omgegaan met het papieren geheugen van deze parochie. Beide donaties zijn inmiddels toegevoegd aan de colelctie in het Streekarchief Midden-Holland.