In het nieuwste nummer van het Tijdschrift voor Nederlandse Kerkgeschiedenis, een uitgave van de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis, staat het unieke verhaal van een Marokkaan die in de zeventiende eeuw een plaats kreeg in het Statencollege, het opleidingsinstituut voor gereformeerde predikanten aan de Universiteit van Leiden. In het licht van hedendaagse discussies over zogenaamde dreigende islamisering van Nederland, zouden kwaadwillenden aan de hand van dit artikel erop kunnen wijzen dat de islamisering van ons land al in de Gouden Eeuw is begonnen….
Het artikel in TNK is van de hand van Enny de Bruijn, die werk aan een proefschrift over de dichter-predikant Jacobus Revius. Deze Deventer godgeleerde disputeerde enkele keren met de deze opmerkelijke student uit het Statencollege. Deze disputaties zijn gedrukt en bevinden zich in de bibliotheek van het Jesus College te Oxford. De Marokkaanse student, die als student de naam Maurus (De Moor) aannam, deed alle moeite om uitleg te geven over de islam, om aan het einde uiteraard tot de conclusie te komen dat het christendom de ware religie was. Niettemin behandelde hij de islam met respect en tamelijk diepgaand.
Maurus werd jarenlang financieel gesteund door verschillende Hollandse stadsbesturen, die hem zagen als een exotische bijzonderheid. Toen zijn studie uiteindelijk wel erg lang duurde werd de subsidie stopgezet en moest Maurus het Statencollege verlaten. Wat er verder van hem is geworden, kon Enny de Bruijn niet achterhalen. Zijn spoor eindigt in de gereformeerde kerkenraadsacta van Amsterdam, waar zijn naam in terechtkwam omdat hij werd gecensureerd wegens drankgebruik.
Overigens verscheen niet veel later in de zeventiende eeuw voor het eerst een Nederlandse vertaling van de Koran. Deze editie werd niet direct uit het Arabisch vertaald, maar uit het Frans. Vertaler was Andre du Ryer (1580-1660). De eerste editie van dit werk verscheen in 1658, waarbij Jan Hendrik Glazemaker (1620-1682) de Franse vertaling van 1647 overzette in het Nederlands. Het boek speelde een belangrijke rol in onderhouden van de relaties van de Republiek der Verenigde Nederlanden met het Ottomaanse Rijk. Opmerkelijk is – in het licht van het islamitische verbod op afbeeldingen – dat deze ‘Nederlandse’ Koran illustraties bevatte: een portret van Mohammed in de frontispice van J. Lamsvelt en zes gravures van de hand van Casper Luyken. Van deze Koran-edities verschenen maar liefst tien drukken. De Koran die ik in het najaar van 2010 aan mijn collectie kon toevoegen is de zevende druk uit 1734 en verscheen te Leiden bij Jan en Henderik vander Deyster, boekverkopers in de Korenbrugsteeg.