Schreibkalender of Historienkalender als historische bron

Onlangs werd op een boekenveiling een incompleet exemplaar aangeboden van een zogeheten Schreibkalender of Historienkalender uit 1587. Zoals de naam al aangeeft gaat het om een Duits drukwerk. Wat het boek bijzonder maakt, zijn de vele aantekeningen die door de eeuwen heen door verschillende personen in het boek zijn gemaakt. Het maken van aantekeningen in het boek was van meet af aan ook de bedoeling. Elke dag van het jaar begint op een nieuwe pagina, met een aantal bekende en minder bekende historische gebeurtenissen die op deze dag in de eeuwen daarvoor hebben plaatsgevonden. Daarna wordt voor de eigenaar/gebruiker ruimte opengelaten voor aantekeningen.

Kalender16

De Schreibkalender was in de Duitse gebieden vanaf het midden van de zestiende eeuw een zeer populair genre, waarbij het “Calendarium Historicum” uit 1550 van Paul Eber het prototype was, dat in een gelijknamige versie van Kaspar Goldtwurm uit 1554 een populaire navolger kreeg. Verder was ook het Calendarium Sanctorum et Historiarum van de lutherse predikant Andreas Hondorff uit Saksen, voortgezet door Vincenz Sturm, veel gelezen en gebruikt. Tussen 1573 en 1610 verschenen zes verschillende edities van deze kalender. In Nederland heeft een dergelijk fenomeen bij mijn weten niet of nauwelijks ingang gevonden. Boekwerken als deze waren bedoeld om aan te vullen met persoonlijke aantekeningen en werden – vooral in adellijke kring – generaties lang in families bijgehouden en bewaard. Voor Duitse historici zijn deze Schriebkalender, die zich bevinden op het snijvlak van oude drukken en manuscripten, een belangrijke bron van onderzoek.

Omdat de titelpagina en het voorwerk van de op de veiling aangeboden kalender Kalender25ontbreken, is het onbekend wie de auteur is en waar of door wie zij gedrukt is. De oudste inschrijving is van 22 april 1587 en betreft een vermelding van het overlijden van Matthias Cöler (Colerus), hoogleraar rechtswetenschappen aan de universiteit van Jena (ca. 1530-1587). De kalender bevat vele tientallen andere inschrijvingen, enkele voorzien van (resten van) lakzegels. Het betreft vaak sterfgevallen, dopen en huwelijken, maar ook misdaden, natuurverschijnselen etc. Veel inscripties betreffen leden van een familie Ziege uit Poppel, ten noorden van Jena. Maar er worden ook andere namen vermeld, zoals de organist Johann Christoph Richter (1700-1785) uit Dresden.

Onze kalender lijkt, qua aandacht voor de joodse en Romeinse kalender en de geografische achtergrond van de auteur, het dichtst bij de versie van Hondorff-Sturm te liggen, waarvan ook  in 1587 eveneens een exemplaar verscheen. Toch zijn er forse verschillen. Dat het bij ons ook om een uitgave uit 1587 gaat, is niet alleen op te maken uit de vroegste inscriptie, maar ook uit een tekst aan het eind van de kalender: “Das 1588. Jar nim war / Geschicht nichts newes / so vergehet die Welt gar”.

Dit bericht is geplaatst in Nieuws. Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.