Walvis kijkt uit over nieuwe raadzaal Gouda

Na 562 jaar biedt het middeleeuwse stadhuis op de markt van Gouda geen onderdak meer aan de bestuurders van de stad. Vanaf gisteren is naast het Goudse station een stroopwafeldoos van glas en steen geopend, die als Huis van de Stad onderdak biedt aan alle ambtelijke diensten. Ook de gemeenteraad van Gouda, zeg maar de opvolger van de vroedschap uit vroeger eeuwen, zal hier voortaan vergaderen. De vroede vaderen en moeders kunnen, als de vergaderingen even niet boeiend zijn, uitkijken over het treinemplacement, het gebouw van de Goudsche Verzekeringen en de diverse torens die het silhouet van de stad bepalen. Hun ogen kunnen ook afdwalen naar de linker- en rechterzijde van de raadzaal, waar kleurrijke scènes uit het Goudse verleden op de wanden aangebracht, direct ontleend aan de door het Historisch Platform Gouda opgestelde Goudse Canon. Een portret domineert de rechtermuur, dat van pastoor en stadsgeschiedschrijver Ignatius Walvis, die in 1713 zijn Beschryving der stad Gouda het licht liet zien. De afbeelding van deze jeugdig ogende man met lange lokken, is waarschijnlijk door Walvis zelf getekend. Het is opgenomen in het handschrift Goudsche en andre daartoe dienende katolyke kerk-zaaken, dat in september na drie eeuwen in druk zal verschijnen.  Vanaf de muur in de fonkelnieuwe Goudse raadzaal kijkt Walvis dan ook met een tevreden blik toe hoe hij anno 2012 weer nadrukkelijk aanwezig is in zijn geliefde stad.

Dit bericht is geplaatst in Nieuws. Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.